dinsdag 22 november 2011

Postmodernisme

Ergens op een stortplaats werden restanten van een gebouw uit de Griekse of misschien Romeinse tijd gevonden. Zo maar gedumpt. Een stuk van een zuil, een aantal stenen van een trap of een muur en een stukje van een kapiteel.
In Turkije wordt wel vaker tamelijk slordig omgegaan met overblijfselen van vroegere culturen. Die "ouwe zooi" kan vaak behoorlijk in de weg liggen en een obstakel vormen voor huizenbouw, wegenbouw of de aanleg van een industriegebied.
Langs de hele Middellandse Zeekust en de Egeïsche Kust en dan vervolgens naar het noorden, van Hatay tot aan Istanbul vinden we overblijfselen van nederzettingen, dorpen en steden uit antieke culturen. Het is bijna een aaneengeschakeld lint van vindplaatsen.
Maar ook langs de Zwarte Zee en in het binnenland vinden we restanten van Griekse, Romeinse en nog veel oudere bewoning. Duizenden vindplaatsen variërend in grootte en cultuurhistorische waarde.
Door de eeuwen heen werd een groot deel van die overblijfselen weer gebruikt voor nieuwe bouwwerken of wegenbouw. Een boerenschuur of een stal kon wel een stevig fundament gebruiken. In middeleeuwse kastelen zijn allerlei grote blokken steen van Griekse of Romeinse tempels en paleizen verwekt in de muren. Hergebruik was heel normaal en ook tegenwoordig wordt dit als positief gezien. (Maar opeens niet als het oudheidkundig interessant materiaal betreft.)
Ja eigenlijk ligt heel het land bezaaid met delen van antieke bouwwerken, huizen, boerderijen, bruggen, aquaducten, Romeinse straatwegen en zo voorts.
En voor de overheid is er geen beginnen aan dit allemaal te conserveren. Zij zal zich moeten beperken tot de meest interessante zaken. Jammer, maar helaas. Het zal moeilijk genoeg zijn keuzes te maken. Wat moet bewaard blijven? Welk landschap moet beschermd worden? Wat restaureren we? Waar mag nieuwbouw komen? Wat mag voor eeuwig verdwijnen?
Architecten, aannemers en bouwers die ergens met een project bezig zijn en stuiten op archeologische oudheden kunnen gemakkelijk de neiging hebben deze vondsten niet te melden omdat dan waarschijnlijk de bouw stilgelegd of misschien zelfs wel definitief gestopt moet worden. Nee, alles bewaren is echt ondoenlijk.
Zou de overheid de restanten, die absoluut niet interessant zijn, geen speciale waarde hebben, die geen deel uit maken van een beschermd object, niet gewoon kunnen verzamelen en verkopen aan de hoogste bieder? Een catalogus samenstellen en de bouwelementen te koop aanbieden op een internet site? Een databank voor restaurateurs en particulieren.
Met de opbrengsten daarvan zouden restauraties, conserveringen of opgravingen gefinancierd kunnen worden. Er is vast wel vraag naar.
Nu gebeurt het nog regelmatig dat van vindplaatsen een deel van de handzame stukken zo maar verdwijnt. 's Nachts komt er een vrachtwagentje aanrijden en een paar mannen stapt uit. Ze laden wat draagbare brokken en stenen in de wagen en verdwijnen spoorloos met hun buit.
Voor veel mensen staat het waarschijnlijk gelijk aan vloeken in de kerk. Maar zou het nou zo erg zijn als iemand die er geld voor over heeft, en op deze manier een bijdrage levert aan het behoud van uit cultuurhistorisch oogpunt gezien wel interessante overblijfselen uit ons verleden, zich enkele oudheidkundige restanten aanschaft?
Met de koop van een paar mooie brokken marmer of granieten vloertegels, een paar oude Romeinse mijlpalen en een paar stukken van een Griekse zuil, een restantje van een fries en wat muurblokken samen met een hoeveelheid beton en gips kan hij een leuk bouwwerkje naar eigen ontwerp in elkaar knutselen. Gewapend met een paar bussen verf en een paar kwasten legt hij er de laatste hand aan. En daar staat in zijn tuin zo maar een Gromijns kitsch prieel.
Prachtig toch?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten