dinsdag 31 mei 2011

Turkse vissoep

Als vrienden komen eten, of wanneer ik er zelf zin in heb, of als ik mijn zinnen eens wil verzetten, duik ik voor een paar uurtjes de keuken in om een grote pan vissoep te maken. Turkse vissoep wel te verstaan. Kijk maar naar de namen van de vis.
Natuurlijk doe ik eerst boodschappen. En daarbij heeft uiteraard de visafdeling van de hypermarkt mijn speciale aandacht. Vooral ’s zomers koop ik mijn vis het liefst daar. Ik reken erop dat daar de versheidscontrole in orde is. In ieder geval ligt de vis niet uren in de zon zoals bij de stalletjes aan de haven of op de open auto van de visboer die aan de deur komt.
Een ander voordeel van de visafdeling van hypermarkt is de grote diversiteit in aangeboden soorten. Zestig verschillende soorten verse vis is vrij normaal en vaak zijn het er nog veel meer. Mijn voorkeur voor soepvissen gaat uit naar mezgit, kefal, kırlangıç, iskorpit en eventueel çipura, (wijting, harder, poon, schorpioenvis en goudbrasem). Alleen de ingewanden worden verwijderd en de rest gaat in de pan.
Daarnaast koop ik dan kleine garnalen en mosselen uit de diepvries.
Vervolgens de rest van de benodigdheden. Wat uien, wortels, peterselie en bleekselderij.
En tot slot room en roomboter en eieren.
De rest is wel in huis of tuin.

Deze keer heb ik 3 mezgit, 1 grote kırlangiç en 1 grote iskorpit gekocht. Thuis maak ik ze meteen nog eens extra schoon. Sommigen zeggen te schoon, maar ik houd nu eenmaal niet van ingewanden.

Ik zet een grote pan met een liter of drie koud water op het vuur en ik doe meteen de hele vissen erin. Terwijl het water aan de kook raakt snijd ik een paar uien en een paar wortels fijn en doe die erbij. Een handje peperkorrels, een paar kruidnagels, wat zout, een stengel bleekselderij, wat verse peterselie en een paar verse laurierbladeren uit de tuin erbij en op een zacht vuurtje langzaam aan de kook brengen.
Na een paar minuten koken eerst de mezgit eruit. Het vlees eraf en de rest weer in de pan. Zo ook even later met de kırlangiç en de iskorpit. De boel rustig een uurtje laten koken op de kleine pit. In de tussentijd maak ik de gekookte vis verder graatvrij en zet die in de koelkast. Ook laat ik een handje garnalen en een handje mosselen in de koelkast ontdooien en ik zet de rest van de ingrediënten klaar.

Na een uurtje haal ik de pan van het vuur en zeef de bouillon. In een andere pan smelt ik een klont roomboter en doe er zoveel bloem bij dat er een bal ontstaat. Al roerend gaat de bouillon er scheutje voor scheutje bij en ik laat de soep eventjes goed doorkoken.
Twee eierdooiers roer ik door met wat druppels verse citroensap en wat eetlepels room en ook dat gaat weer al roerend terug in de pan.
Dan gaat de vis samen met de garnalen en de mosselen in de pan en mag even heet worden. Paar klontjes boter en flink wat fijn gesneden peterselie erdoor. Klaar.
Lekker warm eten heeft mijn voorkeur.
Warm geroosterd brood en een glaasje horen erbij.

maandag 30 mei 2011

Voor Wilders ben ik gevlucht

Nou, niet echt dus. Die overwinning gun ik hem niet. Er waren andere omstandigheden die mijn vertrek uit Nederland naar Turkije bespoedigden. Maar het is wel waar dat ik door hem niet meer terug wil keren. En meteen kan ik aan niets anders denken dan dat er sprake is van massahysterie, massapsychose, massa-angst veroorzaakt door 1 man. Mogen we vergelijken?

Als je een grote leugen maar vaak genoeg herhaalt, gaan heel veel mensen het vanzelf geloven. Joseph Goebbels zei dat. Of hij gebruikte woorden met dezelfde strekking. Mogen we vergelijken?

Dat wil natuurlijk niet zeggen dat de woorden van Roosevelt, kan ook Churchill geweest zijn, niet waar zouden zijn: een herhaalde leugen blijft een leugen.

Over het woord leugen, over het begrip leugen en over het belang van een leugen zijn duizenden boekwerken en publicaties verschenen (zelf ook soms leugens). En de bovengenoemde heren waren echt niet oorspronkelijk in hun verwoordingen en die waren ze net als ik eerder tegengekomen, dus zeker niet zelf bedacht, maar dat neemt niet weg dat die twee ideeën, die twee uitgangsposities nog steeds geldig zijn.

  • files op de Nederlandse snelwegen ontstaan doordat er veel te veel autorijdende, uitkeringtrekkende moslims op de weg zijn.
  • wachttijden bij huisartsen en in ziekenhuizen zijn een gevolg van het feit dat er zo veel moslims in het land zijn die de taal niet meester zijn en daardoor extra veel tijd in beslag nemen.
  • de prijzen van woningen gaan naar beneden omdat niemand in een buurt wil wonen waar ook moslims wonen en die zijn nu eenmaal overal.

Grapje? Ja was het maar waar. Geen grapje dus. Heel veel mensen redeneren zo. En denken ook dat het werkelijk zo is.
En zo zijn er nog honderden voorbeelden te vinden omdat je ieder onderwerp op deze wijze kan benaderen.
En als je nou deze leugens, kom op in ieder geval onwaarheden, maar vaak genoeg herhaalt zijn er heel veel mensen die zich in eerste instantie afvragen of er iets in zit, in tweede instantie denken ze dat er iets in zit en later als ze dezelfde woorden maar vaak genoeg horen van mening zijn dat het wel zo zal zijn.

  • de treinen hebben vertraging doordat heel veel moslimvrouwen met hun lange jurken meer tijd nodig hebben dan normale mensen om in te stappen.
  • de meeuwen schijten de straat onder omdat Marokkanen en Turken die beesten veel te veel brood voeren.
  • er moeten meer autowegen aangelegd worden omdat .............

Zo kan je alles terugvoeren op een bepaalde bevolkingsgroep (mogen we vergelijken?).
Zijn er dan geen lessen te trekken (ik weet dat iedere onderzoekscommissie, iedere parlementaire vooraf voorspelbare resultaten-brij producerende, zichzelf instandhoudende, autoriteitgevende commissie dezelfde woorden gebruikt)?
Ja, die zijn er wel. Mais, après nous le déluge.
Mogen we niet vergelijken? We of men misschien niet, maar ik toch wel?

zondag 29 mei 2011

Gehandicapt

Er liep een blinde man door de straat. Met zijn stok tikte hij voorzichtig om zich heen. Plotseling tikte hij iets aan wat de dag ervoor nog niet op die plaats stond. Het was een grote verrijdbare vuilcontainer die door de vuilnisman niet op de juiste plaats teruggezet was. En dat? Een of andere slang die uit een winkel kwam en over het trottoir liep. En wat was dat nou weer? Iemand had zijn auto direct voor het wandelpad geparkeerd.
De man was het goed zat en die week vroeg hij een blinde geleide hond aan bij een hondentrainingscentrum. Na verloop van enige tijd en een aantal kennismakingsbijeenkomsten en trainingssessies werd de hond op een gegeven dag bij hem thuis afgeleverd.
Natuurlijk was de man heel blij en de volgende dag ging hij samen met zijn nieuwe aanwinst de stad in. Wat gek. Bij ieder restaurant en bij elk eethuis en ook bij veel kleine winkeltjes wilde de hond naar binnen. Na enige tijd had de man er genoeg van. Het ging gewoon niet. De hond moest terug naar de trainingsschool.
Het bleek dat het om een omgeschoolde hasjhond ging.

Als lichamelijk gehandicapte in Turkije heb je het niet gemakkelijk. Er zijn maar weinig voorzieningen en als ze er zijn, zijn ze vrijwel altijd beperkt tot de grotere steden terwijl men er op het platteland van verstoken blijft.
Gehandicapten maken ook nauwelijks deel uit van het dagelijkse straatbeeld. En in het openbaar of in belangrijke functies zie je ze nauwelijks.
In het binnenland zijn wegen en paden vaak smal en steil en zo moeilijk begaanbaar dat lichamelijk gehandicapten zich ook niet met behulp van een rolstoel of andere middelen kan verplaatsen.
De aandacht voor dit soort zaken neemt voortdurend toe. Er worden fantastische activiteiten ontplooid door vrijwilligers. Allerlei verenigingen voor gehandicapten worden opgericht. Voorzieningen worden verbeterd. De openbare ruimte wordt aangepast. Gebouwen worden rolstoeltoegankelijk gemaakt. We zien steeds meer gespecialiseerd vervoer. Politieke partijen vragen er aandacht voor en benadrukken wat ze allemaal al bereikt hebben (bijna verkiezingen). Er zijn scholen voor speciaal onderwijs. Ook worden er steeds vaker gehandicapten in het arbeidsproces opgenomen.
Er worden kook- en schildercursussen voor gehandicapten georganiseerd.
En in de jaarlijkse gehandicaptenweek wordt op verschillende manieren geld ingezameld voor de aanschaf van rolstoelen. Via collectes of benefietconcerten van bekende artiesten worden veel mensen ingeschakeld om iets voor de gehandicapte medemens te doen. Ja er is al heel veel werk verzet en heel veel verbeterd.
Er zullen nog allerlei aanpassingen aangebracht moeten worden, maar het zal heel moeilijk blijven gezien de gesteldheid van het land en de inrichting van de steden met hun steile wegen in de stadswijken en vaak nauwe straten met smalle trottoirs.

In de krant stond een leuke foto van een zo te zien vrolijk gezin. Man, vrouw en zes kinderen. Toen ik goed naar de foto keek zag ik duidelijk dat het om de man handelde uit het begin van mijn verhaal.

zaterdag 28 mei 2011

Genocide

In mei en in september 2010 deed de vrouw van Ratko Mladic samen met andere familieleden tweemaal een poging om haar man door de rechter dood te laten verklaren.
Ze zou al jarenlang niets meer van hem vernomen hebben. En op deze manier zou ze de beschikking krijgen over hun geblokkeerde vermogen. Ze had het geld nodig. Vooral dat laatste deed me mijn wenkbrauwen fronsen. Het was algemeen bekend dat Mladic in Servië nog heel veel sympathisanten had die bereid waren zijn vrouw financieel te ondersteunen. Sowieso vermoedde ik al dat hij op een of andere manier beschermd werd door vrienden en autoriteiten maar na deze verzoeken werd mijn vermoeden alleen maar sterker. Ik dacht aan een rookgordijn. Waren ze hem nu echt op het spoor? Zat hij in het nauw? Moest dit de aandacht even afleiden?
In ieder geval geloofde ik het niet en ook de rechters die hierover moesten oordelen hadden hun twijfels en beslisten negatief.

26 mei 2011 was het dan eindelijk zo ver. De arrestatie van een van de grootste oorlogsmisdadigers van deze tijd. Als je zo iets trouwens mag zeggen van iemand die nog niet veroordeeld is. OK. De arrestatie van een van de grootste van oorlogsmisdaden beschuldigde verdachten van deze tijd, Ratko Mladic.
Door velen gezien als misdadiger maar ook door heel veel aanhangers als oorlogsheld. Zestien jaar heeft hij zich schuil weten te houden en is hij aan arrestatie ontkomen. Met behulp van vrienden, en sommigen zeggen met hulp van de autoriteiten, wist hij uit de greep van justitie te blijven. Tot hij wel gepakt moest worden omdat Servië het lidmaatschap van de EU niet langer op het spel wilde zetten.
Als nu mocht blijken dat hij werkelijk al tien jaar op hetzelfde adres bivakkeerde, bij een neef, wordt het alleen maar ongeloofwaardiger dat de Servische justitie en Mladic vrouw niet wisten waar hij zich verschanst had. Met de moderne technologie lijkt me dit onmogelijk.
Zelfs Osama bin Laden was het niet gelukt zo lang uit handen van zijn achtervolgers te blijven. Ook hij kreeg jarenlang steun anders had men hem eerder op het spoor moeten komen. Ook hij verbleef jaren op een vast adres.

In de pers verschenen nu meteen weer zowel de legerbevelhebber Mladic als zijn politieke baas Karadzic met bijnamen als ' de slager van Bosnië' of 'de slachter van Srebenica' en ik moest denken aan een foto uit de jaren twintig. Op de afbeelding staat een slager uit Bosnië voor zijn winkeltje in Istanbul. Wat zou die slager en wat moeten andere slagers zich beledigd voelen.
'De slachter van Bosnië' of 'de slachter van Srebenica' zou misschien beter verwoorden wat er toen gebeurd is. Slachter heeft tegenwoordig meer de betekenis gekregen van ongecontroleerd tekeer gaan, ruw en emotieloos doden. Hoewel slachter vroeger ook een eerzaam beroep was.

Hun gruweldaden mogen bekend verondersteld worden en 'monster van Bosnië' of 'monster van Srebenica' zouden misschien betere namen voor deze twee verdachten zijn.
Hoewel monsters zich dan zeker beledigd zullen voelen.

vrijdag 27 mei 2011

Ik denk dat ik blijf

Mensen die als gepensioneerden of vrijwillig arbeidslozen een heenkomen hebben gezocht uit hun eigen land naar Turkije, zullen met het verstrijken van de tijd hun kijk op dat land wel enigszins bij moeten stellen.
Veel van deze mensen zoeken in eerste instantie naar een zonnige en financieel aantrekkelijke plaats om hun dagen te slijten in een gebied waar redelijkerwijze dezelfde voorzieningen verwacht kunnen worden als thuis. En eigenlijk zou de situatie nog een beetje beter moeten zijn. Want waarom zou je anders van huis weggaan. Daarnaast moet het ook nog op een redelijke afstand van het thuisland zijn. En dat zijn de de westelijke en zuidelijke kustgebieden van Turkije voor heel veel Europeanen.
Slechts een enkeling laat zich vooraf dusdanig informeren dat hij behoorlijk op de hoogte is van de geschiedenis, de taal, de cultuur, de politieke toestand en in het algemeen de levensomstandigheden van het land. Dat geeft weleens problemen en doet mensen door schade en schande wijs worden.

Er doen zich de laatste jaren in Turkije enorme veranderingen voor. Turkije ontwikkelt zich in een razend tempo. Soms herinnert het mij aan Nederland in de periode van de wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog. De activiteiten zijn ongekend zowel op het gebied van infrastructuur, woningbouw en wegenbouw als op de voorzieningengebieden betreffende gezondheidszorg, ouderenzorg, onderwijs en meer.
Het gaat lang niet allemaal gemakkelijk en vaak gaat het gepaard met strubbelingen maar ontegenzeggelijk vinden er onvoorstelbaar veel veranderingen plaats.
En uiteraard heeft dat zijn effect op de levensomstandigheden van de buitenlanders die zich hier gevestigd hebben. De belastingen gaan omhoog, de rente op spaargelden gaat omlaag, arbeid wordt een stuk duurder, de prijzen van dagelijkse levensmiddelen stijgen.
Op dat moment wordt het verschil tussen de vakantieganger die een weekje blijft en de mensen die zich hier gevestigd hebben goed duidelijk. De vakantieganger beperkt zich tot een paar toeristische attracties, een paar bezienswaardigheden, het strand, lekker eten en drinken. En degenen die zich hier gevestigd hebben krijgen met alle dagelijkse zaken te maken waar Turken ook mee te maken krijgen.
Dit geldt in mindere of meerdere mate vrijwel voor elk land waar men met vakantie gaat of waar men zich vestigt. Maar er blijven verschillen en zo heeft ieder zijn voorkeur.
Zo zijn er landen waar ik wel met vakantie naar toe zou willen gaan maar verder niets.
Ook zijn er landen waar ik zelfs niet met vakantie zou willen zijn.
De V.S. is zo a-sociaal, zelfs tegen haar eigen inwoners, dat ik daar voor geen prijs zou willen zijn.
Landen met een dictatuur staan ook niet op mijn lijstje (en nee, het geld van de toeristen komt echt niet terecht bij degenen die het nodig hebben).
Landen waar het erg warm of koud is vallen voor mij ook af en Aziatische landen trekken me in het geheel niet.
Van de westerse democratieën wordt Noorwegen genoemd als het beste land om te leven. En verder neemt Nieuw-Zeeland op de lijst van beste landen om te leven een mooie plaats in.
Landen met een verwerpelijke "democratie" vallen ook af.
Over Nederland wil ik het niet eens hebben (en nee, het valt niet mee).

donderdag 26 mei 2011

Mijn politiek incorrecte grootmoeder

Als mijn grootmoeder vroeger tegen mij zei: je lijkt wel een Turk, of: ach Turk, had ik geen idee wat ik me daar bij voor moest stellen. Ik wist wel wat ze bedoelde. Ik was dan niet schoon, had mijn handen niet gewassen of had een vlek op mijn kleren gemaakt.
Eigenlijk vond ze dat niet zo erg want ze hield wel van kinderen die een beetje ondeugend waren. Ze lachte er een beetje bij. Ze vond het mooi als haar kleinkinderen ondernemend waren.
Toen ik er veel later achterkwam wat de zin eigenlijk betekende kon ik me niet indenken dat oma zich bewust was dat ze daarmee eventueel mensen zou kunnen beledigen.
En ik vroeg me ook af of ze wel een goed idee had van wat een Turk was. Ze had waarschijnlijk ook geen Turk voor ogen als ze dat zei. Oma was van voor Turkije. Ze was uit de tijd van het Osmaanse Rijk. En was de naam Turk eigenlijk al wel zo goed ingeburgerd?
In de spreektaal vraag je je natuurlijk niet voortdurend af wat de eigenlijke betekenis van je woorden weleens zou kunnen zijn. Als mensen zeiden: "Je lijkt wel een Turk," was dat niet beledigend bedoeld tegenover Turken. Het zat gewoon in de taal.
Zo beledigde je ook geen Joden als je het over Jodenkoeken had. Je had het niet over negers als je negerzoen zei. Niemand werd beledigd, het was gewoon een naam, een uitdrukking, gewoon dagelijks taalgebruik. Zwarte Piet? Mijn hondje Blacky? Mijn buurman was Indo.

Pas veel later moest de taal politiek correct worden. Alles wat maar enigszins als beledigend opgevat kon worden moest eruit. Er werd gesleuteld aan de taal om maar niemand voor het hoofd te stoten. Boer werd agrariër, werkster werd interieur verzorgster, Zwarte Piet werd de knecht van Sinterklaas, zigeuner schnitzel soms paprika schnitzel. Negerzoenen werd Buys zoenen naar de naam van de bakkerij waar ze vandaan komen.
Maar eigenlijk is het leuke van taal dat het vanzelf verandert en dat sommige woorden of uitdrukkingen gewoon verdwijnen en andere hardnekkiger zijn en blijven.
Je mag natuurlijk wel zeggen: deze lekkernij noemden we vroeger negerzoen. Of: sommige mensen noemden hun hondje wel Blacky. Jodenkoek mag geloof ik nog wel maar voor de export is de naam niet geschikt.
Inderdaad belachelijk en lachwekkend.
Je slaat ook gemakkelijk door en soms raak je behoorlijk in de war. Mag je nou iemand Turk of Marokkaan noemen of moet je zeggen: Turkse mensen of Marokkaanse mensen.
Nee, natuurlijk niet. Maar heel veel mensen gaan zo de fout in omdat ze het niet meer weten. Ze durven hun gewone taal niet meer te spreken.
Mijn oma had daar geen last van die noemde je gewoon Turk als je smerig was.

In een boekje van Hans Kaldenbach: Rare jongens die Nederlanders, las ik trouwens dat een turk een kruiskoppeling zou zijn. Ik weet niet of dit wel klopt. Maar als inderdaad zo is, zou er in ieder schip en in iedere auto een turk zitten. En een turk is vettig en vaak vuil. Zou daar de uitdrukking vandaan komen of is dit slechts een politiek correcte verklaring? Je lijkt wel een Turk moet dus zijn: je lijkt wel een turk.

woensdag 25 mei 2011

Integratie

Veel mensen houden van autorijden. Hier in Turkije is dat zeker het geval. Zowel mannen als vrouwen rijden graag. Maar voor mannen heeft een auto altijd een andere waarde gehad dan voor vrouwen. Vroeger werd een Turk pas voor vol aangezien als hij een huis, een vrouw en een paard had. De auto is later in plaats van het paard gekomen. En zonder auto voelen veel mannen zich niet echt geslaagd in het leven.
Er zijn dus ontzettend veel auto’s op de weg. Ondanks het feit dat de brandstof hier net zo duur is als in West-Europa. Autorijden laat men zich niet afpakken.
Fietsen doet men niet graag. In het verkeer kom je weinig fietsers tegen. De voorzieningen zijn er ook niet op berekend en het overige verkeer houdt er maar weinig rekening mee.
Een brommer of een motor kan eventueel nog wel maar fietsen is ongebruikelijk.
Maar al die auto’s moeten wel van brandstof voorzien worden. Langs de grote doorgaande wegen vindt men voldoende tankstations. In de dorpen zijn ze bijna niet voor handen.
Zo kan je bv. op een stuk hoofdweg van 12 km tussen Mumcular en de afslag naar het vliegveld van Bodrum wel 12 grote tankstations vinden.
Zelf heb ik ook een auto. Ik wil onafhankelijk van anderen of van het openbaar vervoer zijn. Ik wil kunnen gaan en staan waar en wanneer ik wil.

Als je al wat langer in een ander land woont, ga je onbewust een aantal dingen, een aantal gewoonten overnemen. Dat gebeurt, dat kan ook haast niet anders als je bepaald gedrag dagelijks om je heen ziet. Het kan ook getuigen van het zich thuis voelen in en het waarderen van het land waar je leeft. Dingen die je vroeger geleerd hebt, die als het ware een deel van je leven uitmaakten, komen in een ander daglicht te staan of blijken misschien wel rijp voor een herwaardering.

Het overgrote deel van Turkije is bergachtig waardoor vlakke wegen nauwelijks bestaan, de wegen gaan maar op en neer. Echte autowegen zijn er bijna niet waardoor snel en langzaam verkeer van dezelfde weg gebruik moet maken. De wegen zijn vaak smal en inhalen is in veel gevallen praktisch onmogelijk. Heel vaak wordt een doorgaande witte streep in het midden van de weg getrokken. Op de smalle bergwegen kan het gebeuren dat men kilometers lang achter een zwaarbeladen vrachtwagen of een krakkemikkige tractor rijdt voordat zich een gelegenheid voordoet om in te halen. Ik heb daar geen problemen mee. Ik heb geen haast en wind me er niet over op. Maar meestal ben ik wel de enige automobilist die er netjes achter blijft rijden en niet over de doorgetrokken witte streep gaat.

Het was op een rustige winteravond. Ik reed op een weg met doorgetrokken streep. Even verderop stond het verkeerslicht op rood. Ik remde alvast wat af. Plotseling geclaxonneer en een grote Mercedes passeerde me, reed door het rode licht en maakte een u-bocht, hoewel een verkeersbord aangaf dat dat verboden was.
Voor veel mensen tamelijk normaal gedrag. Maar zo ver wil ik toch niet gaan in mijn waardering voor gewoonten in een ander land.

dinsdag 24 mei 2011

Een visum nodig?

Mensen kunnen niet zo maar van het ene naar het andere land reizen. Een paspoort is een eerste vereiste maar in veel gevallen is dat niet afdoende. Heel veel landen vragen van binnenkomende reizigers ook nog een visum. Een visum is meestal een stempel of een zegel in het paspoort aangebracht, waaruit blijkt dat de houder van het paspoort het recht heeft om het betreffende land binnen te gaan.
De bedoeling was oorspronkelijk om beter te kunnen controleren wie een land binnenkwam. En dat visum moest dan vooraf aangevraagd worden zodat eventueel een onderzoek naar de aanvrager gedaan kon worden. En voor een aantal landen geldt dat nog steeds.
Maar in veel situaties is het zo dat een visum bij aankomst in het land van bestemming gewoon gekocht kan worden. En er moet dan bv in euro's betaald worden en niet in de munteenheid van het land om zodoende vreemde valuta te ontvangen. Op deze manier vervalt de functie van het visum en wordt het als het ware een verkapte belasting. En dan is een visum dus eigenlijk niet meer nodig en is een paspoort voldoende. Scannen van het paspoort bij binnenkomst en verlaten van het land is genoeg.

Er worden binnen afzienbare tijd aanmerkelijke veranderingen verwacht op dit gebied.
De twee grootste vijanden van de afgelopen eeuw Rusland en de Verenigde Staten zijn in bespreking over het eventueel opheffen van de visumregel.

Voor Turkije is de uitspraak van het Europese Hof van Justitie in Luxemburg van groot belang. In een uitspraak uit 2009 wordt eigenlijk gezegd dat Turken in de private sector of kleine zelfstandigen onbeperkt recht hebben op vrije toegang tot in ieder geval de landen van de oorspronkelijke EEG t.w. Duitsland, Nederland, België, Luxemburg, Italië en Frankrijk. Landen hebben daar beroep tegen aangetekend dus het kan nog even duren voor het geëffectueerd zal worden, maar het komt er zeker van.
Turkije is op dit moment de 10e en volgend jaar de 9e economie van de wereld. Het verkrijgen van een visum voor bv Nederland of België is voor Turkse zakenlui helemaal niet zo eenvoudig en worden ook vaak om onduidelijke redenen geweigerd.
Voor Nederlanders en Belgen daar tegenover is het heel eenvoudig Turkije binnen te komen. Men koopt gewoon een visum voor 15 euro en men mag 3 maanden in Turkije blijven. En veel mensen die langer willen blijven reizen even naar een van de Griekse eilanden en kopen bij terugkomst weer een visum voor 3 maanden. Zo maakte ik jaren geleden de oversteek van Bodrum naar Kos. Een medereiziger uit de Verenigde Staten die voor mij in de rij stond om een nieuw visum te kopen en kennelijk met een verlopen visum het land uit was gegaan kreeg van de ambtenaar te horen: "Dat moet je niet weer doen, anders krijg je wel problemen." Nee, echt streng was men niet. Iedere toerist is er tenslotte één.
Jaarlijks komen en bijna 30 miljoen toeristen naar Turkije die gemiddeld per persoon 15 euro voor een visum neertellen. En dat geld wil men niet missen. Met 450.000.000 euro is wel iets leuks te doen.
Dit zal nog wel even zo blijven. Open grenzen voor iedereen zit er voorlopig nog niet in.

maandag 23 mei 2011

Foutje bedankt

Gisteren zou het begin van de vernietiging van de aarde zich aankondigen. Volgens de Amerikaanse evangelist Harold Camping zou op 21 mei 2011 de totale apocalyps een aanvang nemen. De aarde zou in een periode van zes maanden op weg gaan naar een totale ondergang. Slechts 200 miljoen gelovigen zouden gered worden. Zij zouden door God van de aarde gehaald worden.
Camping baseerde zijn bepaling van de datum op de bijbel, een bepaalde jaartelling, en een mathematische berekening.
In de Turkse pers werd er natuurlijk ook aandacht aan besteed mede gezien het feit dat Camping de zondvloed en de stranding van de ark van Noach in Turkije als uitgangsdatum nam. Data van 7000 jaar geleden kan men misschien niet helemaal voor waar aannemen, de overleveringen via de bijbel kunnen misschien ook wel wat vraagtekens oproepen en jaartellingen zijn regelmatig gewijzigd en aangepast. En dat bleek al eerder omdat hij dezelfde ondergang al eerder had aangekondigd die toen achterwege bleef vanwege een telfout.
Gisteren moest het dan maar gebeuren. Camping die een media imperium beheert had over de hele wereld in 61 talen via radio, tv, internet en geschreven pers zijn voorspelling gedaan.
Via internet deden natuurlijk vanaf het begin van zijn aankondiging een aantal critici en sceptici van zich horen.
En toen er dan niets gebeurde kon de lol niet op. Grappen genoeg. Lege kleding op straat. Luchtballonnen in de vorm van mensen in de lucht.
Zou Camping weer een rekenfoutje gemaakt hebben? Als dat zo is wordt de volgende datum binnen niet al te lange tijd verwacht. Harold Camping is namelijk al 89 jaar en hij wil natuurlijk zelf graag bij de verlosten horen.
Is Camping een valse profeet? Is hij een valse leraar? Hij heeft in ieder geval voldoende ellende veroorzaakt. Mensen die de afgelopen week al hun aardse bezittingen weggaven, die hun geld opmaakten of overmaakten naar de rekeningen van Family Radio, een bedrijf van Camping. Mensen die van iedereen afscheid namen, die een lange reis maakten om familie nog eens te zien.
Camping is niet de eerste en zal ook niet de laatste zijn die het vergaan van de wereld aankondigt. Het eind der tijden, Nostradamus, indianenstammen, Azteken, Maya’s, millennium bug en nog veel meer. Maar in het Campinggeval zou de vernietiging vooraf moeten worden gegaan door de terugkeer van Jezus op aarde zoals in de bijbel voorspeld.
Daar hebben we nog niets over gehoord en ook heeft Camping nog geen commentaar gegeven op de niet-gebeurtenissen.
OK er is trouwens ook al weer sprake van een nieuw armageddon. Dat zou 21 december 2012 zijn. Die datum zou uit de Maya-kalender komen, die dan af zou lopen. Daarover zijn al films gemaakt met aardbevingen, rampen, bombardementen, totale vernietiging.
Astronomen, astrologen en wiskundigen van verschillende universiteiten stellen echter dat er een rekenfout gemaakt moet zijn. Volgens hen loopt de Maya-kalender pas af in 2220. Nog een tijdje te gaan dus.
En zo gaan we verder. En misschien zal het ooit zo ver komen. Maar de exacte datum voorspellen?
Foutje, bedankt?

zondag 22 mei 2011

Landbouwbeleid

Globalisering is volgens een definitie eigenlijk een proces van wereldwijde interactie tussen mensen, bedrijven, regeringen en culturen gedreven door de informatie- en communicatietechnologie en door investeringen en internationale handel.
Volgens sommigen is de liberalisering van de handel het enige wezenlijke onderdeel van de betekenis van globalisering.

Hoe is het mogelijk dat je in een hypermarkt in Turkije een keurig verpakt en correct gelabeld netje knoflook kan kopen?

De wereldhandel zit tegenwoordig natuurlijk zo in elkaar dat bijna ieder product uit elk land overal ter wereld te koop is. Dat is bekend. Maar aan het exporteren van knoflook van China naar Turkije zou ik niet zo snel denken. Ja, auto’s, kleding, computers, fietsen, keukenapparatuur en wat dies meer zij. Maar knoflook. Het heeft natuurlijk allemaal met de prijs te maken. En het importeren van artikelen die in eigen land moeilijk te krijgen zijn of concurrerend in prijs lijkt mij begrijpelijk. Maar knoflook uit China naar Turkije doet me toch vreemd aan.
Turkije is een land dat voor wat betreft de voedselvoorziening selfsupporting is. Ongeveer de helft van het land is agrarisch gebied en meer dan 20% van de beroepsbevolking is in deze sector werkzaam.
De meeste boeren hebben een klein bedrijfje van gemiddeld ongeveer 5 ha over verschillende locaties verdeeld. De regering probeert de productie te vergroten door de aanleg van stuwdammen, het verschaffen van subsidies en het verstrekken van renteloze leningen. En men hoopt met verdere mechanisatie en verbetering van de efficiency de grote export van landbouwproducten uit te breiden.
China is de grootste knoflookproducent ter wereld en Spanje van Europa. Het transporteren van de knoflook van China naar Turkije neemt enige tijd in beslag en Spanje is dichtbij. Invoer daarvandaan zou meer voor de hand liggen. Maar nog normaler zou ik het vinden als Turkije zijn eigen knoflook produceert. Turkije is het vierde uienproducerende land ter wereld. Uien en knoflook zijn familie van elkaar, dus ik zou denken dat het moet kunnen.
Daarnaast zal de kwaliteit van de, de-halve-wereld-over-gereisde, knoflook toch niet optimaal zijn. Het verhaal doet de ronde dat in Istanbul bij het openen van een container knoflook uit China op een overslagbedrijf een aantal arbeiders door de walm die vrijkwam, onwel werden.
Knoflook kent vele varianten met verschil in reuk, smaak en kwaliteit. Er bestaan honderden niet gemakkelijk uit elkaar te houden soorten. De Chinese knoflook wordt eenmaal in het land van bestemming in koelcellen bewaard, waar hij soms nog wel een jaar of drie blijft liggen. Zodra ze dan uit de cel komen drogen de bollen heel snel uit of gaan schimmelen. Daar zullen toch niet zoveel mensen bewust voor kiezen.

Uit protest tegen deze doorgeschoten vorm van globalisering hebben we het netje Chinese knoflook weer netjes teruggelegd in het rek en hebben we bij de plaatselijke groenteboer een prachtige streng Turkse knoflook gekocht.

zaterdag 21 mei 2011

Kantjil

In deze maanden is Bahçeli, de voorzitter van de MHP, de Partij van Nationalistische Beweging, dagelijks op tv te bewonderen. Het is verkiezingstijd en op 12 juni zullen de verkiezingen voor het parlement plaatsvinden.
De voormannen van de drie grootste partijen de AKP, de Gerechtigheids- en Ontwikkelingspartij met minister-president Erdoğan, de MHP met Bahçeli en de CHP, Republikeinse Volkspartij met Kılıçdaroğlu eisen de meeste media-aandacht voor zich op. Ze toeren alle drie met een grote hofhouding door het land en houden overal hun volksmennerige toespraken.
En net zoals overal worden door de oppositiepartijen MHP en CHP met hoge en soms overslaande stem alle verkiezingsbeloften toegelicht en het huidige regeringsbeleid van Erdoğan bekritiseerd.
Deze laatste heeft het zelf over zijn plannen voor de nabije toekomst en voor wat er binnen zijn ambtsperiode allemaal al bereikt is.
Het gaat er daarbij behoorlijk fel en emotioneel aan toe.

Als Bahçeli klaar is met zijn toespraak maakt hij het gebaar van de Grijze Wolven. De Grijze Wolven vormen de extreem-rechtse achterban van de partij.
Je drukt je duim tegen je middelvinger en ringvinger aan en je steekt je pink en je wijsvinger omhoog. Je hand krijgt dan min of meer de vorm van een dierenkop. Het lijkt op wat vaders vaak voor hun kinderen doen in een schaduwspelletje met de zon.
De Grijze Wolven is een gevaarlijke groepering maar het gebaar komt bij mij altijd als een beetje kinderlijk, speels over.
Dit gebaar door hem of door een van zijn volgelingen gemaakt, roept bij mij altijd de herinnering op aan Indra Kamadjojo en zijn kinderprogramma op tv een jaar of 50 geleden. Indra Kamadjojo, geboren als Jan Leonard Broekveldt op Java in Indonesië, was danser van beroep. Op een gegeven moment kreeg hij een tv-programma waarin hij oude Indonesische sagen of fabels vertelde met het dwerghertje Kantjil in de hoofdrol. Hij maakte daarbij sierlijke dansachtige hand- en armbewegingen om de gebeurtenissen uit de verhalen te ondersteunen. Met zijn hand vormde hij dan, net als bij de Grijze Wolven, een dierenkopje, maar bij hem was het van een hertje. Kantjil is een heel intelligent dier en hij is in de vertelde gebeurtenissen de anderen altijd te slim af.

Kantjil en de grijze wolf.
Er liep een man door het bos. Hij kwam bij een val waar een grijze wolf in zat. "Laat me eruit," vroeg de wolf. "Ja, goed," zei de man, "als je belooft dat je me geen kwaad doet."
"Beloofd," antwoordde het beest. Hij was nog niet los of de wolf probeerde de man te grijpen. "Niet doen," pleitte de man, "laten we anderen vragen wat ze van onze afspraak vinden." Ze gingen op pad.
Ze kwamen bij een straat. "Beste straat, is het juist om goed met kwaad te vergelden?" "Ach," zei de weg, "ik doe alleen maar goed en toch trapt iedereen me in mijn rug."
Ze kwamen bij een boom en de man stelde weer de vraag. En de boom zei: "Ik doe alleen maar goed en toch hakken de mensen mijn takken af."
Ze kwamen Kantjil tegen en na dezelfde vraag zei het dwerghertje: "Laat me de val eens zien. Dan kan ik beter oordelen." Bij de val aangekomen vroeg hij aan de wolf: "Laat me nu eens zien hoe je gevangen zat?" Dat wilde de wolf wel doen. "Klap," deed de val.

vrijdag 20 mei 2011

Een andere godsdienst

Zou het nou zo erg zijn als een andere godsdienst dan het Christendom de belangrijkste godsdienst ter wereld zou worden? Ik vraag het me af.
Het Christendom is met het zwaard verspreid. Dat moge duidelijk zijn. Kruistochten, verovering van Zuid-Amerika, onderwerping van Noord-Amerika, kolonisatie van Afrika. Het Christendom is heus niet zo maar door iedereen die ermee in aanraking kwam vrijwillig aangenomen omdat het verhaal van de heilige drie-eenheid zo geloofwaardig was. Vaak was het geweld, fysiek en geestelijk, dat mensen ervan 'overtuigde' toch maar voor het geloof van de veroveraar, de bezetter of de landheer te kiezen. Van geloven was eigenlijk niet de rede, wel van overleven, heel pragmatisch.
En de 'kerk' heeft er alles maar dan ook alles aan gedaan om de eenmaal gewonnen positie te verdedigen.
Verbieden van geboortebeperking door de rooms-katholieke kerk, geven van godsdienstonderwijs op openbare scholen, bezoek van meneer pastoor als er niet (snel) genoeg kinderen kwamen, filmvoorstellingen in de parochie op zaterdagmiddag, popmuziek tijdens de kerkdienst, ouderlingen die conflicten regelden door hun netwerken aan te spreken, missionarissen en zendelingen naar alle uithoeken van de wereld met kralen en spiegeltjes, kleding- en voedselhulp in eigen land en bij internationale rampen, om maar een paar maatregelen te noemen.
Ja, het geloof werd je met de paplepel ingegeven en het doel heiligde vanzelfsprekend alle middelen.

Als het Christendom minder agressief te werk was gegaan, minder vergezeld van wapengekletter en dwangmiddelen, had het nooit de plaats in kunnen nemen die het ooit deed. Het was een belangrijk middel in de machtsverdeling in een land en in de wereld.
Maar het Christendom heeft gefaald. Niet alleen in de wereldpolitiek maar ook voor de individuele mens. De formule lijkt uitgewerkt.
De wereld is er niet beter van geworden. Mensen zijn er niet beter van geworden.
Als kind kon ik al niet begrijpen hoe iemand kon geloven in het hiernamaals, in wonderen, in predestinatie, in zonden tegenover de Heer, in lijden dat goed voor je was.
Geen originele gedachten, dat weet ik wel, maar ik ben er later niet anders tegenaan gaan kijken.
Nee, veel is de wereld er niet mee opgeschoten. Ik zou zelfs het tegendeel willen beweren. Na 2000 jaar Christendom gaat de wereld er steeds verder op achteruit.
Komen tot een harmonieus leven met God en de medemens. Oh ja, waar dan?

Zou een andere godsdienst het misschien beter gedaan hebben?
Voor mij hoeft het niet, maar zou een andere godsdienst misschien een kans moeten krijgen?
Slechter kan toch niet?

donderdag 19 mei 2011

Can Yücel

Mijn favoriete Turkse dichter is Can Yücel.
Toen ik voor de eerste keer in Turkije kwam was zijn naam mij totaal onbekend. Maar op een gegeven dag liep ik over de markt in Bodrum en werd ik aangesproken door een marktkoopman met de vraag of ik Can Yücel was. Ik moest het ontkennen maar kennelijk leek ik op hem want enige dagen later gebeurde het me nog een keer bij een winkel in het centrum.

Later kreeg ik een dichtbundel met een aantal van zijn gedichten cadeau en op de voorkant van de uitgave stond zijn foto. En inderdaad, het was heel duidelijk, er was een zekere gelijkenis.
Natuurlijk was ik heel benieuwd naar zijn werk. Met mijn tamelijk beperkte kennis van het Turks was het niet gemakkelijk alles te begrijpen. Sommige gedichten zijn heel kort, een paar regels, sommige gedichten zijn heel eenvoudig van taal, sommige gedichten zijn heel moeiljk voor mij te begrijpen. Hij spotte met grammaticale regels, gebruikte verbasterde buitenlandse woorden en slang en hij creëerde nieuwe woorden en begrippen.
Toevallig kon ik dat zeer waarderen.

Volgens sommige mensen mocht ik dan wel uiterlijk enigszins op hem lijken, maar toch was er een groot verschil. Hij was namelijk kort voor ik hem leerde kennen overleden in 1999. Een poosje daarna kwam ik in Datça waar hij ligt begraven met uitzicht op zee. Ik heb hem even opgezocht.
Het gemeentebestuur van Datça heeft hem vereerd door een straat in Eski Datça waar hij woonde naar hem te vernoemen.

Gisteren moest ik plotseling weer eens aan hem denken. Er zit een hinderlijke mus op ons balkon. Niet zo zeer voor ons mensen maar wel voor de zwaluwen die er willen nestelen. Hij (het is een mannetje) zit de hele dag te tsjilpen, echt zingen kan je het volgens mij niet noemen, misschien om een vrouwtje geïnteresseerd te krijgen. En hij probeert onophoudelijk de zwaluwen te verjagen. Geen van beide is tot nog toe gelukt. Maar wie heeft nu eigenlijk meer rechten? De zwaluw of de mus?

Ik had ooit een gedicht van Can Yücel over mussen gelezen en daardoor moest ik aan hem denken.



SERÇELEME

Çok oldunuz be serçeler
Kapatirim simdi kapayi
Dedim
Dinlemediler beni
Ben de kapatimadim kapiyi
Varsin dinlemesinler


  ODE AAN DE MUSSEN

Hé hallo mussen, jullie maken het een beetje te gek
Ik doe nu de deur maar eens dicht
Dat zei ik
Ze luisterden niet naar me
En de deur deed ik ook niet dicht
Laat maar, ze luisteren toch niet

woensdag 18 mei 2011

Lekker zonnen

Het is maart, vroeg in de ochtend op een doordeweekse dag. Ik maak een wandelingetje langs het strand bij Bodrum. Er is verder niemand. In de verte zie ik op zee een vissersbootje op weg naar zijn stek. Vlak voor me in het water zie ik een zwembandje drijven en plotseling moet ik eraan denken hoe het er over een maand of twee weer uit zal zien als het zomerseizoen weer begint en het hele strand vergeven is van bedden en stoelen met in de zon zinderend vlees.
Aan de boulevard staan de hotels en restaurants in een lange rij aaneengesloten naast elkaar. De baai heeft een mooi zandstrand van misschien 300 meter lang waar dan ook in het hoogseizoen 300 meter strandbedden staan in drie of vier rijen dik. Keurig netjes gerangschikt met parasols en bijzettafeltjes waarop de bestelde hapjes en drankjes geplaatst kunnen worden. De bedden staan bijna tot in zee.
En ieder jaar wordt het allemaal weer een beetje professioneler en een beetje luxueuzer. Betere bedden, schoner strand, lekkere stoelen, kleurrijke parasols, obers in verzorgde kleding met een logo of een shirt van het hotel of restaurant. De terrassen betegeld, de eettafels onder de baldakijnen. De bediening loopt af en aan lokale gasten een plaatsje in de schaduw aanbiedend en toeristen een plaats in de zon wijzend.
Alle bedden bezet, rijen met zichzelf barbecueënde mensen, draaiend aan het spit, druipend van de (zonnebrand-)olie. Tussen al die zonaanbidders door lopen de strandverkopers. Mannen in witte pakken die een grote hotelpan tussen zich in dragen waaruit ze gekookte maïskolven verkopen. Een mosselman met een verkoopbak en een opklaptafeltje aan zijn schouder. Hij zet het tafeltje neer. Zet de bak erop. Doet de bak open en verkoopt zijn eventueel van een beetje citroensap voorziene gevulde mosselen.
Heen en weer lopen ze langs het strand net als de lootjesverkopers. Die verkopen loten voor de landelijke grote loterijen en richten zich vooral op de Turkse vakantiegangers.
Turkse zomergasten die hier vaak de hele zomer blijven, druk ratelend tegen elkaar, nieuwtjes uitwisselend en voortdurend in contact met de buitenwereld via hun onafgebroken jengelende telefoons.
Waar het nog aan ontbreekt zijn de sieraden verkopende, leren snuisterijen aanbiedende Noord-Afrikanen en de zonnebrandolie verkopende mannen met een olietank op hun rug en een nevelspuit in hun hand zoals in Spanje of Tunesië.

De plaatselijke bevolking is er zo langzamerhand wel aan gewend dat die malle toeristen zelfs op het heetst van de dag in de zon blijven liggen. Een belangrijk deel van hun inkomsten komt uit het toerisme, dus laat ze maar. Zelf gaan ze gekleed in zoveel mogelijk lichaamsbedekkende kleding en zitten zelden in de zon.
In alle landen van Europa zijn de afgelopen twintig jaar allerlei maatregelen getroffen om de verkeersveiligheid te vergroten en burgers te beschermen tegen ongelukken. Men moet een helm dragen op een brommer, het gebruik van autogordels is verplicht, kinderzitjes enz.
Eigenlijk ging het om de verzekeringspremies die dan minder hoog hoefden te zijn omdat de verpleging in het ziekenhuis na een eventueel ongeluk minder intensief en minder langdurig zou kunnen zijn. Op een gegeven moment was er zelfs het voorstel om de premie voor de ziektekostenverzekering te verhogen voor mensen die aan bepaalde vormen van sport deden. De risico’s die men liep werden te groot geacht.
Veel zonnen en zeker zoals heel veel toeristen doen, kan gevaarlijk zijn voor een mens. Huidkanker kan het gevolg zijn.
Ik zag al voor me dat toeristen vanuit Europa een soort zonnetachograaf mee moeten nemen van hun verzekeringsmaatschappij. Na de vakantie wordt die op het vliegveld weer ingenomen en afhankelijk van het aantal zonne-uren en de intensiteit van de zon op dat moment wordt een nieuwe ziektekostenpremie bepaald.

dinsdag 17 mei 2011

Handel

Op alle markten en in heel veel winkels  worden namaakartikelen verkocht. Vooral dure kleding, luxe artikelen, sigaretten en sterke drank staan in de belangstelling van Turkse 'zakenlui'.
Op de markt koop je voor 5 lira een Ray Ban en een Rolex horloge voor eenzelfde bedrag. Ook alle andere bekende zonnebrillen zoals Chanel, Chrome Hearts, Bvlgari, Oakley en horloges zoals Tag Heuer, Cartier, Longines, Breitling zijn er volop voorradig. Alle merkkledingartikelen worden open en bloot geëtaleerd. Alles is te koop.
En als je grotere aantallen koopt, zijn de prijzen nog aantrekkelijker.
Ook voor de dames is er voldoende keus. Bij hen doen de verzorgingsartikelen, crèmes en parfums het erg goed. Alle merken te verkrijgen.
Onlangs werden in Istanbul een aantal containers met handtassen in beslag genomen. De laatste modellen van Gucci, Louis Vuitton en Prada, tienduizenden tassen.
Er wordt door douane en politie wel tegen opgetreden, vanwege internationale afspraken, maar dat lijkt op incidentele basis te gebeuren. Er lijkt geen sprake van een streng opsporingsbeleid. Veel straathandel zou verdwijnen en veel verkopers zouden zonder werk zijn. Af en toe wordt er weleens iemand bekeurd, maar veel afschrikwekkende werking gaat hier beslist niet vanuit. En niemand schijnt het ook erg te vinden of heeft er morele problemen mee.
Een onderwerp dat hierbij aansluit is de namaak van sterke drank. Ook dat is een gewild artikel bij deze vorm van handel.
Door velen wordt de oorzaak gezocht in de gigantisch hoge accijns die er op alcoholhoudende dranken geheven wordt. Drank is in Turkije de afgelopen 5 jaar ongeveer 100% duurder geworden. En dat vooral door accijnsverhogingen. De regering verdedigt zich met de stelling dat dit als ontmoedigingsbeleid voor de jeugd gezien moet worden. Maar uit het verleden is overduidelijk gebleken dat het zo niet werkt. Als de benzine duurder wordt gaan mensen echt niet minder rijden. Als sigaretten duurder worden gaan mensen niet minder roken. En met drank is het precies hetzelfde.

Met namaakdrank wordt op grote schaal belasting ontdoken. Drank wordt nagemaakt, door fabrieken illegaal verhandeld of het wordt gestolen. Vooral in de toeristenbranche, in de toeristengebieden langs de kust wordt zeer veel van deze illegale drank geschonken in uitgaansgelegenheden, hotels en restaurants. De Turkse Federatie voor Sterke Dranken schat dat 70% van de daar verkochte drank weleens illegaal zou kunnen zijn.
De drank wordt over het algemeen goed nagemaakt. De juiste fles, de juiste smaak, de juiste verpakking, de juiste sluiting en zo te zien de juiste banderol.

Voor alle genoemde namaakhandel geldt dat er sprake is van ordinaire diefstal. De niet betaalde accijnzen moet de staat op andere manieren binnen zien te krijgen.
Maar voor zover het drank betreft is dit niet het enige probleem. De meeste nagemaakte drank kan dan wel geen kwaad wat betreft de gezondheid, maar in sommige gevallen wordt methylalcohol gebruikt met soms dodelijke gevolgen. Dit voorjaar werden al meer dan tien mensen daar het slachtoffer van, waaronder drie toeristen. En dat is slecht voor de toeristenbranche. Daarom wordt hier strenger tegen opgetreden. De goedkope namaakartikelen oefenen juist aantrekkingskracht uit op toeristen en laat men ongemoeid.

Met 100 lira ging ik naar de markt om me in het nieuw, het namaak dus, te steken. Sportschoenen van Adidas, sokken van Hugo Boss, ondergoed van Ed Hardy, een Armani spijkerbroek, een T-shirt van Diesel, een horloge van Seiko, een zonnebril van Puma en een cap van Nike. En nog geld over voor een biertje.
Ik was weer het mannetje.

maandag 16 mei 2011

Verdriet

Op het nieuws was de teraardebestelling van een soldaat die bij een treffen tussen het Turkse leger en terroristen van de PKK dicht bij de Iraakse grens was omgekomen. Als  eerste ging er door me heen wat een verdriet dit weer veroorzaakt. Even voor de duidelijkheid: ik vind het vanzelfsprekend dat deze jongeman een eervolle begrafenis krijgt. Een dergelijk verlies is voor de nabestaanden bijna ondraaglijk.

Bij een vliegtuigongeluk in Bolivia zijn vannacht 134 mensen om het leven gekomen.
Het vliegtuig kreeg op een binnenlandse vlucht naar La Paz vermoedelijk te kampen met motorproblemen. De piloot heeft nog getracht het vliegtuig op een autoweg aan de grond te zetten maar die manoeuvre is helaas mislukt. Volgens het ministerie van buitenlandse zaken zijn er hoogstwaarschijnlijk geen Nederlanders onder de slachtoffers.

In Rusland ontplofte vanochtend op een binnenlandse vlucht van Moskou naar Petersburg de motor van een Tupolev 340. Volgens sommige berichten was het toestel in zwaar weer terecht gekomen. Andere berichten melden een mogelijke aanslag. Het toestel stortte neer in een dun bevolkt gebied en vloog in brand. Alle 164 inzittenden zijn om het leven gekomen. Onze correspondent in Moskou meldt dat er geen Nederlanders onder de slachtoffers zijn.

Een Boeing 767 van Alitalia is vlak voor de kust van de Verenigde Staten in zee gestort.
Het toestel was op weg van Rome naar Washington en had de landing al ingezet toen het plotseling van de radar verdween. Wat er precies is gebeurd is nog niet bekend. Naar eventuele overlevenden wordt gezocht. Volgens de Italiaanse luchtvaartautoriteit waren er geen Nederlanders aan boord.

Is het leven van een landgenoot belangrijker dan dat van iemand anders? Is het meer waard?
Deze berichten kunnen wel de bedoeling hebben om familie of vrienden van mensen die mogelijk in het betreffende toestel zouden kunnen zitten gerust te stellen, maar ze maken 
op mij altijd een heel vreemde indruk.

In Ivoorkust kwamen bij de laatste ongeregeldheden honderden opstandelingen om het leven. Regeringstroepen openden het vuur op bezetters van het gebouw van de staatstelevisie.
In Darfur vielen gisteren bij gevechten tussen regeringsmilities en rebellen meer dan 200 doden.
Bij de bomaanslag op een markt in de Pakistaanse stad Karachi zijn volgens berichten 48 mensen omgekomen.

Sommige levens zijn kennelijk meer waard dan andere. Doden in landen ver weg krijgen nauwelijks aandacht als er geen landgenoten te betreuren vallen.
In Turkije valt me dan iedere keer weer op dat er zoveel onderscheid gemaakt wordt tussen de verschillende etniciteiten. In het dagelijks leven is kennelijk de ene Turk nog steeds meer Turk dan de andere Turk.

Bij de actie van het leger tegen mogelijke PKK infiltraties zijn 12 PKK strijders gedood. Over hun begrafenis horen we niets. Een dergelijk verlies is voor de nabestaanden bijna ondraaglijk.

zondag 15 mei 2011

5.1

Zondagochtend 8 mei 2011 om tien voor tien. Ik zat achter ons huis op het grote houten terras koffie te drinken en mijn krantje te lezen. Plotseling schokte het hele terras hevig op en neer. Even dacht ik dat er iemand achter me op het terras was gesprongen maar ik was alleen. Het duurde een paar seconden. Een aardbeving. Een sterke aardbeving. Ik kende het gevoel wel, maar dit keer was het anders, alsof het heel dichtbij was, het voelde dreigend.
Het bleek inderdaad een aardbeving te zijn geweest met een kracht van 5.1 op de schaal van Richter en het epicentrum lag vlakbij het eiland Kos, enkele kilometers bij ons vandaan. Later hoorde ik dat mensen angstig de straat op waren gevlucht. Sommigen nog in hun nachtkleding of ochtendjas. Duidelijk in paniek.
In Turkije worden dagelijks tientallen aardschokken geregistreerd. Meestal tussen de 2.5 en 3.5. Een enkele keer 4 of 4.5 op de schaal. Turkije ligt in een gebied met aan alle kanten werkende aardschollen die regelmatig voor schokken zorgen die zo zwaar zijn dat er mensenlevens te betreuren vallen. Een van de zwaarste aardbevingen van de laatste tijd vond plaats in 1999, het epicentrum lag in Izmit en daarbij vielen ongeveer 18000 doden.
De angst is begrijpelijk groot. Vooral ook omdat wetenschappers verwachten dat er binnen afzienbare tijd weleens zeer zware aardschokken plaats zullen kunnen vinden, mogelijk in Istanbul. De ramp is dan niet te overzien.

Toevallig ontvouwde minister-president Erdoğan enkele dagen later een plan om aan de rand van Istanbul twee nieuwe ‘steden’ voor elk een miljoen inwoners te bouwen. Mensen in slechte, gevaarlijke huizen zouden daarheen kunnen. En dat zou de mogelijkheid bieden om de oude huizen af te breken en daarvoor aardbevingbestendige woningen te bouwen. Het tijdstip van de lancering van dit plan had niets met 'onze' aardbeving te maken, maar kan gezien worden in het licht van de komende verkiezingen.
Goed nieuws voor de bouwsector. Slecht nieuws voor het milieu omdat het laatste stukje bosgebied bij Istanbul eraan zal moeten geloven.

Er bestaan in Turkije normen voor het aardbevingsbestendig bouwen. Maar dat heeft vooral te maken met controle op gebruik van grondstoffen, materialen en op de constructie. Of men nu verder wil gaan en de bouwtechnieken uit Japan, een land dat bij uitstek bekend is om de aardbevingen en het aardbevingbestendig bouwen, wil gaan gebruiken is me niet bekend. Bouwen op rubberen onderleggers, rubberen nokken, het gebruik van schokdempers en zelfs remblokken in de hoogbouw zijn enkele van de daar toegepaste technieken. Het overwegen waard misschien.
Een eenvoudige techniek om oudere, kwetsbare gebouwen beter te beschermen is in Singapore ontwikkeld. Daar worden de hoeken van gebouwen met repen canvas beplakt die diagonaalsgewijs verbonden worden. Bij een zware aardbeving zullen de gebouwen misschien niet blijven staan, maar de muren worden door het canvas wel twee keer zo sterk en geven de bewoners daardoor meer tijd om veilig hun huizen te verlaten. En dat zou heel veel mensenlevens kunnen schelen.

Op het dak van heel veel huizen in Turkije staan watertanks voor de warmwatervoorziening. De schok van 8 mei was zo hevig dat bij een huis even verderop het onderstel waarop de tank stond afbrak en de tank met een capaciteit van 1000 liter in de tuin stortte. Geen ongelukken, wel geschrokken bewoners.

zaterdag 14 mei 2011

Humor en toch leuk

Graag zou ik de Turkse taal volledig machtig willen zijn. Een vreemde taal leren kan moeilijk zijn maar het is natuurlijk goed te doen. De een gaat het wat gemakkelijker en sneller af dan de ander maar een niveau van het zich verstaanbaar kunnen maken, kunnen lezen en schrijven volgens de grammatica is gewoon te leren.
Wel vind ik dat je een vreemde taal pas echt goed onder de knie hebt als je ook de humor in die taal kan begrijpen. Humor, sarcasme, cynisme, ironie en grappen. Je moet het kunnen begrijpen en bezigen. Dat is voor mij een criterium. Pas dan beheers je een vreemde taal.
En dat kan natuurlijk alleen maar als je daar ook in je moedertaal geen moeite mee hebt. Je moet gevoel voor humor hebben. Iemand die in zijn moedertaal een woordgrap niet begrijpt, zal dat in een vreemde taal al helemaal niet kunnen. Maar iemand die creatief met taal is maakt meer kans. Wel is het in veel gevallen belangrijk de cultuur en de geschiedenis van een land goed te kennen. Anders kan zelfs een eenvoudig cartoon zonder woorden nog onbegrijpelijk voor je zijn.

Er bestaat een term in het Turks die je zou kunnen vertalen met gezondheidstoerisme. Geen mooi woord maar er schiet me even niets anders te binnen.
Het gezondheidstoerisme naar Turkije heeft de laatste tien jaar, vijftien jaar een enorme vlucht genomen. Patiënten van over de hele wereld komen vooral naar Istanbul om een operatie te ondergaan waar ze in hun eigen land vaak voor op een wachtlijst komen te staan en dus heel lang moeten wachten. In Turkije kunnen ze meteen onder het mes. Een andere uiterst belangrijke reden om de operatie in Turkije te laten verrichten is het verschil in de kosten. Een medische ingreep is in Turkije dermate goedkoop dat zelfs verzekeringsmaatschappijen in West-Europa hun zieke polishouders adviseren naar Turkije te gaan voor de gewenste ingreep.
Ja, alle mogelijke ingrepen staan op het lijstje. Levertransplantaties, hartoperaties, kaakchirurgie, gebitssanering, prostaatoperaties, het hele scala. Alles kan.
De bekendste ingreep van de laatste jaren is het ooglaseren waar zich zeker een tiental klinieken in hebben gespecialiseerd.
Maar niet alleen voor medisch noodzakelijke ingrepen kan men in Turkije terecht. Er zijn ook allerlei schoonheidsbehandelingen of men kan zich een pruik aan laten meten.
Men kan in Istanbul een maatpak laten maken of men gaat een weekje naar een kuuroord voor een totale revisie.

In de pers verschenen de laatste maanden een aantal berichten over mensen die, nadat ze uit hun coma of narcose ontwaakten, een ongewoon dialect spraken of zelfs een andere taal.
Enkele maanden geleden werd er in het gezondheidstoerisme een nieuwe mogelijkheid aangeboden waarvan ik meteen gebruik gemaakt heb.
Ik ging naar Istanbul naar een kleermaker waar ik twee nieuwe kostuums aan liet meten.
Vervolgens ging ik naar een tandheelkundige kliniek waar ik onder narcose werd gebracht en waar ik een nieuw kaakimplantaat kreeg.
Toen ik later uit de narcose ontwaakte, sprak ik vloeiend .........Arabisch.

What’s in a name

In gegoede families bestaan achternamen al sinds de middeleeuwen. In West-Europa werden ze voor de minderbedeelden pas verplicht tijdens het bewind van Napoleon. In België was dat in 1795 en in Nederland in 1812. Er was iets voor te zeggen. Hoe drukker het werd op de wereld des te gemakkelijker het was om een naam te hebben. Men was snel te lokaliseren maar men werd ook iemand. Het was goed en slecht. Het had voordelen en nadelen.
In de loop der eeuwen zijn er in alle landen namen ingeburgerd die oorspronkelijk van buitenlandse origine waren.  Maar na verloop van tijd werden ze geaccepteerd, soms enigszins verbasterd, als zijnde erbij horend, als zijnde gewoon. Niemand maakte zich er eigenlijk druk over. Totdat bepaalde mensen agitatie gingen voeren of aan de macht kwamen. Toen werd een ‘juiste’ naam opeens van veel belang.
In Nederland kwam je veel Franse namen tegen van Hugenoten die tijdens de vervolgingen in de 17e eeuw gevlucht waren naar de Lage Landen.
Ook  Spaans en Portugees klinkende namen van Joden die gevlucht waren voor de pogroms of verbannen werden in 1496.
Maar het waren niet alleen (afstammelingen van) vluchtelingen. Ook namen van mensen die ooit over de wereld gezworven hadden en ergens waren blijven hangen.
Maar op een gegeven moment werden vooral die laatste namen als ‘vreemd’ bestempeld en de dragers van die namen als onbetrouwbaar.
Een zeer toepasselijk voorbeeld wat mij betreft is bv de Nederlandse achternaam: de Turk of den Turk. Niet moeilijk te raden waar die naam vandaan kwam. Aanvankelijk misschien gebruikt als roepnaam of bijnaam en later als officiële naam aangenomen. Met een Nederlands tussenvoegsel.

In dit verband is het interessant te refereren aan de Turcificatie in Turkije. Daar werd een achternaam pas verplicht in 1934. In veel gevallen kregen mensen gewoon een achternaam toebedeeld of konden ze kiezen uit een namenlijst. Vooral voor mensen uit etnische minderheden was dat vaak pijnlijk. Koerden, Armeniërs , Syriërs en anderen moesten een 'Turkse' achternaam aannemen.
Later zijn er trouwens weer flink wat mensen uit die minderheden met succes in geslaagd hun naam te laten veranderen in bv. een Armeense of Aramese achternaam.

Wat zag ik voor ogen in Nederland? Als er ooit een zekere groepering aan de macht zou komen (God behoede ons) dan zou het weleens kunnen gebeuren dat er een wet wordt aangenomen die het iedereen verplicht een 'juiste' Nederlandse achternaam te hebben. Er wordt dan een staatscommissie ingesteld, die handig gebruik kan maken van het werk van het Meertens Instituut, om te bepalen welke achternamen wel of niet een Joods-Christelijke herkomst hebben. Als je naam niet op de voorkeurslijst staat, word je dringend doch uitdrukkelijk 'geadviseerd' een naam te kiezen uit de lijst van mogelijkheden. Zoals daar zijn: de Jong, van Dam, Jansen, de Wit, de Zwart? eh ......
Wilders (nee die niet, die is niet voor iedereen) etc.
Ik denk niet dat: de Turk of den Turk daar dan op staat.
Misschien kan die naamsverandering ook voordelen hebben. Met een veranderde naam loop je niet zo snel in de gaten en daardoor word je misschien minder snel slachtoffer van discriminatie.
Dit noemen we Hollandificatie.

Kanalen

Onlangs blies minister-president Erdoğan een oud plan nieuw leven in. Met veel spektakel kondigde hij aan dat er een nieuw scheepvaartkanaal gegraven zou worden door het Europese deel van Turkije tussen de Zwarte Zee en de Zee van Marmara. Dit om Istanbul te ontlasten en een mogelijke ramp met tankschepen, geladen met gevaarlijke stoffen, te voorkomen.
Volgens mij een goed plan. Maar de consequenties zijn nog niet volledig te overzien. Het is een megaproject. Een megalomaan project? Anderen gingen Erdoğan voor met het idee maar tot nog toe is het er niet van gekomen.
Toen ik het las moest ik natuurlijk meteen aan het Suezkanaal en het Panamakanaal denken. Hoewel de situaties duidelijk verschillend zijn.
Er schoot me ook nog een ander kanaal te binnen. Een ander plan voor een kanaal wel te verstaan.

Vrienden vertelden dat ze een gaaf huis in de Jordaan gevonden hadden. Ik zag meteen een soort vlot in een rivier drijven. Maar het was natuurlijk een huis in de Amsterdamse buurt die de Jordaan heet. De wijk is volgens sommige theorieën inderdaad naar de rivier in het Midden-Oosten vernoemd.
Deze Jordaan is een van de beroemdste rivieren ter wereld. Jezus zou erin gedoopt zijn door Johannes de Doper. Er zijn boeken over geschreven, het koninkrijk Jordanië is er naar vernoemd, het is de grens tussen landen, er zijn folksongs en gospelsongs aan geweid, er bestaan fotoboeken over, er zijn documentaires over gemaakt.
Het is een rivier die ook voor heel veel conflicten zorgt. Ten eerste omdat het een grensrivier is tussen Israël en Syrië en tussen Israël en Jordanië en ten tweede omdat het water door alle landen betwist wordt en daardoor dus zorgt voor spanningen tussen Libanon, Syrië, Jordanië en Israël. Water voor menselijk gebruik en voor de land- en tuinbouw.
Israël en ook andere landen gebruiken zoveel water uit de bovenloop van de rivier dat er gevreesd wordt dat er binnen een jaar nauwelijks nog water in de benedenloop zal staan. Ook blijft er heel weinig water over voor de Palestijnse gebieden.
Er wordt zelfs gevreesd dat in de zomer van 2011 de rivier voor het eerst weleens droog zou kunnen vallen.
De rivier eindigt in de Dode Zee, het laagste en zoutste binnenmeer dat er bestaat. Het ligt 400 meter onder zeeniveau. Doordat meer dan driekwart van het water uit de Jordaan door de mens gebruikt wordt, is de waterbalans negatief en droogt het meer langzaam maar zeker op. De laatste jaren daalt de waterhoogte met bijna 1 meter per jaar.
De Dode Zee staat bekend om zijn zoutgehalte. Iedereen kent de foto van de man die op zijn rug drijvend zijn krantje leest. Maar de zee is ook de mineraalrijkste ter wereld. En mineralen doen wonderen voor de gezondheid van de zieke mens.
Langs de kust van de Dode Zee verschijnen steeds meer grote gezondheidscentra en luxueuze hotels waar men voor iedere kwaal wel een remedie schijnt te hebben.
Voor iedereen wat. Tegen stress, tegen reuma, tegen chronische ontstekingen, tegen oedemen, tegen schildklieraandoeningen, tegen psoriasis, tegen acne, tegen eczeem en ga zo maar door.
Speciale attractie voor de welgestelde gezondheidsmaniak en toerist. En graag wil men dit zo houden en uitbreiden.

Jaren geleden werd er een plan gelanceerd om een kanaal te graven van de Middellandse Zee naar de Dode Zee dwars door Israël om te voorkomen dat de zee droogvalt. Een ruim 60 km lang kanaal.

woensdag 11 mei 2011

Siamese tweeling

Vandaag is het exact 200 jaar geleden dat Chang en Eng Bunker geboren werden. Op 11 mei 1811 in Siam.
Ik zag onlangs in een tijdschrift een beroemde foto van hen staan. Ze hebben ooit een wereldtournee gemaakt in het circus van Barnum dacht ik, in een zogenaamde 'freakshow'. Ze waren een attractie waar mensen graag naar kwamen kijken en wat geld voor neertelden. De twee broers waren eigenlijk maar minimaal met elkaar vergroeid. En zelfs met de medische kennis van destijds waren ze eenvoudig te scheiden geweest. Maar dan waren ze hun inkomsten kwijt geraakt. En later waren ze er zo aan gewend dat ze graag zo bleven. Ze verhuisden naar Amerika en namen de achternaam Bunker aan. Ze leefden een tamelijk normaal leven. Ze trouwden met twee zussen en kregen allebei een stuk of tien kinderen. Nou ja, normaal?
In 1874 stierf een van de broers aan een longontsteking en de ander wilde zich niet laten opereren en stierf ook.
Over hun leven werd later een musical gemaakt.

Enkele dagen geleden werd er ergens in China een Siamese tweeling geboren. Als je de foto ziet lijkt het meer op een lichaam met twee hoofden dan op twee aan elkaar gegroeide lichamen. Slokdarm en ruggengraat hebben ze elk. Alle andere organen moeten ze delen.
Pas twee dagen voor de geboorte werd ontdekt dat de baby twee hoofdjes had. De ouders wilden een abortus, maar daar was het te laat voor. De geboorte gebeurde d.m.v. een keizersnede.
De toekomst van het kind, de kinderen is nog onduidelijk en scheiden lijkt niet mogelijk.

Wel vreemd en toevallig dat die dingen elkaar dan zo opvolgen. Er worden niet zoveel Siamese tweelingen geboren. En als ze toch geboren worden zijn ze vaak niet levensvatbaar. In sommige landen werden en worden ze misschien nog wel gedood.
Ook worden ze door prenatale zorg vaak in een vroeg stadium ontdekt en geaborteerd.

Gisteren droomde ik. Een huiveringwekkend en bizar beeld verscheen.
Ergens in China zag ik een kliniek waar van 'materiaal' van de tweeling een lichaam gefabriceerd was, gekloond zou ik zeggen. Maar het was alleen een lichaam, zonder hoofd.
Tijdens een spectaculaire, wereldwijd gecoverde chirurgische ingreep, werd in een amfitheaterachtige zaal, achter glas te midden van honderden wetenschappers, journalisten en betalende toeschouwers het ene hoofdje van het lichaam gescheiden. In een ruim twee dagen durende operatie werd het hoofd op het gekloonde lichaam geplaatst. Ook het oorspronkelijke lichaam werd verder behandeld. Een groot aantal chirurgen met ieder hun eigen discipline losten elkaar voortdurend af.
Na twee dagen kwamen beide kinderen bij uit hun verdoving en openden hun ogen.
De aanwezige chirurgen en het overige operatiepersoneel feliciteerden elkaar en op de tribune barstte men applaudisserend in een hevig gejuich los.
Het leek wel een circusvoorstelling, een 'freakshow'.

dinsdag 10 mei 2011

Maffia

Zo, gelukkig klaar met boodschappen doen. Boodschappen in de kofferbak. Winkelwagentje weggezet. Instappen. Starten. Boem!
Een tik tegen de achterbumper van mijn auto. Nou dat weer!
Ik stapte uit. Er stond een two-seater Lexus Roadster met zijn neus tegen de achterkant van mijn auto. Een achterlicht was kapot. De bestuurster, een elegant geklede vrouw van een jaar of veertig, had bij het inparkeren de draai iets te kort genomen. Ze kwam haastig uit de auto en verontschuldigde zich duizend maal. Haar knalrode luxe karretje mankeerde zo te zien niets. Ze belde haar man wel even op om te vragen hoe we dit het beste konden afhandelen. Ze gaf me een businesskaartje met naam en telefoonnummer van een autobedrijf in Muğla. Dat bedrijf was van haar man en ik kon daar de volgende dag wel even langs gaan voor een reparatie. Maar als ik heel even geduld had dan kocht ze even de krant en dan kon ik misschien beter even achter haar aan rijden. Dan kon ik de boel gelijk even met haar man regelen.
Dat leek me wel zo handig dus ik volgde haar. Ik dacht dat we richting garage zouden rijden maar na enige tijd kwamen we bij een afslag van de hoofdweg. We reden een bergweg in. Een soort oprijlaan. Netjes geasfalteerd met aan weerskanten heel hoge palmen. Het was een steile weg naar een enorme villa. Geen buren en ik zag een eigen helikopterplatform.
De vrouw reed haar auto een grote garage in en ik parkeerde mijn auto buiten naast een zwarte Mercedes. S 600 Guard stond op de achterkant te lezen en volgens mij is dat een gepantserde auto.
Toen ik uitstapte kwam er net een andere auto aanrijden. Een zwarte BMW die naast me parkeerde. Nieuwsgierig keek ik ook hier naar de naam. BMW X5 4.8 stond er te lezen. Een enorme four-wheel drive met getinte ramen.
Maffia schoot er door mijn hoofd. Een man stapte uit en kwam op me af. Hij stelde zich voor. Het was de echtgenoot van de vrouw. Hij kwam net terug van de jacht. Hij keek even naar mijn achterlicht. "Kom even mee naar binnen. We nemen even een glaasje tegen de schrik." We liepen door een enorme protserige hal en kwamen in een gigantisch grote zitkamer. Hij schonk voor ons alle drie een glas whisky in.
“Dat achterlicht kan ik hier niet repareren maar we kunnen er wel even een ander lampje inzetten. Als u me even de sleutel geeft.”
Ik gaf hem de sleutel en hij verliet de kamer. Ik hoorde hem een naam roepen en met iemand praten. Hij kwam weer binnen.
"Als u morgen even bij onze garage langsgaat, zorg ik dat er een nieuw achterlicht klaar ligt."
We dronken onze glazen leeg. Ik stond op om weg te gaan. "Wacht even," zei de man.
En hij haalde uit een kast een fles van dezelfde whisky die we net gedronken hadden. "Om het goed te maken," voegde hij eraan toe.
We namen afscheid. Ik stapte in mijn auto. De sleutel stak in het contact. Ik startte en reed denkend aan deze vreemde ontmoeting naar huis.
Thuis haalde ik de boodschappen van de achterbank. Toen ik de laatste plastic zak pakte, dacht ik eraan dat ik de boodschappen bij de winkel in de achterbak had gedaan. Voor de zekerheid deed ik de achterbak open.
Verbaasd keek ik naar wat daar lag. Ik zag een groot ding onder een met bloed bevlekt wit laken. Wat was dat? Een lijk? Het rook naar ...........
Voorzichtig tilde ik een punt van het laken op en keek tegen de kop van een wild zwijn aan.

maandag 9 mei 2011

Gaddafi

Davutoğlu, de minister van buitenlandse zaken van Turkije was vrijdag 6 mei op de televisie. Op vragen van verslaggevers antwoordde hij dat er een zekere overeenstemming bestaat tussen de deelnemers van de Contact Groep Libië  over de weg naar vrede.
Deze roadmap zou ook besproken zijn met de Libische Overgangsraad en vertegenwoordigers van Gaddafi.

Wat mogen nu wel de belangen zijn van een man als Gaddafi om geen gehoor te geven aan de verzoeken van anderen om tot een echt staakt het vuren te komen en onderhandelingen met de opstandelingen te openen?
Zowel deze opstandelingen als vertegenwoordigers van veel landen proberen hem op andere gedachten te brengen maar dat is tot nu toe niet gelukt.
De dictator Gaddafi heeft in zijn meer dan 40-jarige heerschappij zoveel geld en goederen verzameld dat heel zijn familie voor generaties lang verzorgd zou zijn als hij nu terug zou treden. Aanvankelijk kon hij gewoon in zijn geboorteland blijven wonen. En nu hij zich wat dat betreft onmogelijk heeft gemaakt, zijn er enkele landen waar men hem asiel zou willen verlenen, zodat hij zijn leven verder in alle rust zou kunnen slijten. In dit verband werd eerst Italië en later Uganda of eventueel Venezuela genoemd.
Toch maakt hij hier vooralsnog geen gebruik van.
Kan hij de macht niet afstaan? Denkt hij dat hij de best mogelijke leider voor zijn land is? Kan hij niet tegen de vernedering van het terugtreden? Kan hij zijn land niet verlaten? Wil hij liever een soort martelaar worden? Of kan hij gewoon niet tegen zijn verlies? Of is hij te koppig?
Veel commentatoren en analisten zoeken de antwoorden op deze vragen in de psyche van de man. Psychologen en psychiaters hebben hun antwoord allang klaar.
Jarenlang heeft Gaddafi zich gedragen als een soort rockstar, een soort cultfiguur met al zijn buitenissigheden, zijn verkleedpartijen, zijn tent, zijn feesten en zijn vrienden.
Nu staat hij er min of meer alleen voor. Zijn buitenlandse vrienden hebben hem bijna allemaal in de steek gelaten. Veel van zijn politieke medestanders in zijn eigen land hebben hem al verlaten en zijn naar het buitenland vertrokken.
En nu staat hij stampvoetend als een klein kind in de tv-studio: Ik doe het lekker toch niet!

Van verschillende kanten is hem hulp aangeboden maar hij gaat er niet op in. En nu eist Turkije een rol op in de onderhandelingen. Libië maakte van 1511 tot aan het verdrag van Lausanne in 1912 deel uit van het Osmaanse Rijk. En het land is eigenlijk een buurland aan de andere kant van de Middellandse Zee. Dus het ligt wel een beetje in de lijn der verwachtingen  dat Turkije het voortouw neemt. Ook gezien alle andere bemiddelings-initiatieven die het land de laatste jaren bij een aantal andere conflicten in het Midden-Oosten heeft genomen.
Ik ben van mening dat Davutoğlu een bekwaam onderhandelaar is. Maar hij is maar een klein mannetje. En zou hier lichamelijk overwicht nog van belang kunnen zijn?
In de internationale diplomatie weet je het maar nooit.

zondag 8 mei 2011

Youtube in Turkije

Zelf kijk ik nooit naar Youtube clips of filmpjes. Een vriend heeft me een of twee keer iets laten zien maar ik vond het niet iets wat me erg interesseerde. Dus het feit dat hier Youtube bepaalde periodes achter de filter zat of geblokkeerd was of hoe het ook mag heten, raakte me niet zo. Vanzelfsprekend vond ik het een ontoelaatbare vorm van censuur die absoluut verwerpelijk is volgens de normen van vrije nieuwsgaring.
In het kort komt het erop neer, als ik het bij het juiste eind heb tenminste, dat als iemand een klacht heeft over iets wat op internet te zien is, hij de rechtbank om een veroordeling kan vragen en om het verwijderen van de informatie van het net. Dat gebeurde dus verscheidene malen.
Er verschenen een aantal jaren geleden filmpjes op Youtube waarin bepaalde zaken uit het leven van Atatürk belachelijk gemaakt werden. Atatürk en anderen werden voor homosexueel uitgemaakt. Die filmpjes werden als een belediging opgevat. En beledigen van Atatürk is bij wet verboden.

Individuen en groeperingen en een persagentschap dienden daarop klachten in bij de rechtbank. En de rechter stelde de klagers in het gelijk. De filmpjes moesten verwijderd worden. Maar dat is gemakkelijk gezegd. Ten eerste zijn deze filmpjes wijd verbreid en niet allemaal te verwijderen en ten tweede was de vraag welke filmpjes nou precies wel en welke niet.
Dat was eigenlijk snel opgelost want dan doe je gewoon Youtube helemaal in de ban.
Er schijnen sowieso al tussen de 6000 en 10000 websites achter een filter verstopt te zijn maar daar bestaat nog niet veel duidelijkheid over. Wel heb ik onlangs geleerd dat als er onverwacht een 404 error melding op het scherm verschijnt bij een bekende website die waarschijnlijk verboden en dus geblokkeerd is.
Na twee jaar werd de ban weer gebroken. Maar een dag later was het weer raak.
Ooit werd er aan Erdoğan gevraagd wat hij daar nou van vond. Of deze sluiting geen vorm van censuur was en of dat allemaal maar kon.
Hij moet daarop geantwoord hebben dat het toch niet zo moeiljk was om de filter te omzeilen en dat hij wel zou kunnen kijken als hij dat zou willen.
In maart werden de blogdiensten van Google geblokkeerd. Er was een rechtszaak aangespannen door het satelliettelevisiekanaal Digiturk. Via de blogdienst zouden voetbalwedstrijden doorgegeven worden waarvoor eigenlijk betaald moest worden.
De rechter heeft toen voor het gemak de blogdienst maar in zijn geheel verboden.
In het parlement is een wet aangenomen die in augustus 2011 van kracht wordt waarin bepaald wordt dat het hele internet achter bepaalde filters komt te zitten. Er is een standaard filter voor iedereen. En er zijn enkele optionele filters voor kinderen en gezinnen. Critici spreken van regelrechte censuur en beïnvloeding van mensen.
In een persconferentie heeft het hoofd van de Informatie Technologie en Communicatie Autoriteit verklaard dat dat niet het geval is omdat de standaard filter dezelfde is als die welke nu al gehanteerd wordt en dat gebruikers beschermd worden.
Volgens kenners zullen ook deze filters vrij gemakkelijk te omzeilen zijn.

Ik heb zelfs horen fluisteren dat codes of clues om dit te kunnen doen gelijk met het ingaan van de nieuwe wet bekendgemaakt zullen worden.

zaterdag 7 mei 2011

Modernisering

Volgens een lijst die ik zag in National Geographic Türkye schijnt de wilde ezel (Equiuus hemionus) sinds ongeveer 1750 in Turkije uitgestorven te zijn. Heel misschien wordt er in Zuidoost-Anatolië nog weleens een waargenomen maar dat zou dan een verdwaald exemplaar uit Syrië of Jordanië moeten zijn waar men fokprogramma’s voor deze ezels schijnt te hebben. Maar waarschijnlijk is het toch een andere soort.
Op het platteland wordt de ezel nog vrij veel als rijdier en lastdier gebruikt. Een hoog opgeladen ezel is nog steeds een bekend straatbeeld. Maar hier betreft het niet de wilde ezel. Hier is sprake van zijn gedomesticeerde soortgenoot die om verschillende redenen de voorkeur verkreeg boven paarden of ossen. Ze waren goedkoper, namen minder ruimte in beslag en namen genoegen met schraal voer.
In sommige landen staat ezelsvlees op de menukaart. In Frankrijk en Italië is het een bekend product. In moslimlanden is ezelsvlees van de gedomesticeerde ezel haram en mag dus niet gegeten worden.
De gedomesticeerde ezel werd over de hele wereld gebruikt als rijdier of lastdier maar daar komt langzaam maar zeker een einde aan. Andere manieren van transport hebben de ezel naar de achtergrond verdwongen en daardoor werd het dier afgedankt. Als gevolg daarvan werden er (vooral in westerse landen) op veel plaatsen ezelopvangcentra ingericht waar de afgedankte beestjes van hun oude dag kunnen genieten. Ook heeft men hier en daar ezels de vrijheid gegeven zodat ze verwilderd zijn.

In een prachtig gebied in de buurt van Manisa ligt het Sipylus gebergte (Spil dağı) waar de wegen en de paden zo smal zijn dat een auto er nauwelijks komen kan. Er wordt dan gebruik gemaakt van alternatief vervoer. Het huisvuil in dit gebied werd er opgehaald met behulp van ezels.  De beesten hadden een speciaal rugtuig opgelegd gekregen en droegen aan weerszijde van hun lichaam een grote metalen ton die door hun begeleiders onderweg met het klaargezet vuil gevuld werden. Als de tonnen vol waren werd de weg terug naar de vuilstortplaats weer aanvaard. Nadat de tonnen geleegd waren ging men weer op stap voor een volgende ophaalronde.
De gemeente had voor dit werk acht ezels in dienst. Al 40 jaar werd er daar op deze manier gewerkt. De ezels liepen hun rondes drie keer per week omdat een vuilniswagen dus absoluut niet op de wegen paste.
Nu is er een eind aan deze werkwijze gekomen. Het gemeentebestuur van Manisa heeft twee mini-tractoren met aanhangwagens aangeschaft die wel op de wegen passen en die het zware werk nu overgenomen hebben.
Afgelopen week werd tijdens een plechtige bijeenkomst, waarbij vertegenwoordigers van besturen en de directeur van de vuilophaaldienst aanwezig waren, afscheid genomen van de acht ezels die vanaf nu van hun pensioen kunnen gaan genieten. Ze werden hartelijk bedankt voor de bewezen diensten.
Nu zal het vuil op alle dagen van de week opgehaald worden hetgeen een hele modernisering en een grote verbetering van de oude situatie werd genoemd.
Volgens een bericht in een nieuwsuitzending op tv hebben de ezels eerst een herinneringsplaquette ontvangen. Daarna zijn de dieren losgelaten in het Sipylus gebergte waar ze in alle vrijheid, in het wild, hun leven verder kunnen leven.
Maar, wilde ezels zullen het nooit worden.

vrijdag 6 mei 2011

Een beetje hebberig?

De afgelopen 15 jaar was de handel in onroerend goed in Turkije een gouden handel. Ontzettend veel mensen hebben er heel veel geld aan verdiend. Zowel legaal als illegaal, zowel eerlijk als oneerlijk, zowel Turken als buitenlanders.
Vooral de toeristische gebieden aan de west- en de zuidkust waren zeer in trek bij Europeanen en Turken. Door alle bekende verkooppraatjes van makelaars en de aantrekkelijke prijzen waren heel veel mensen bereid daar hun geluk te beproeven.
Meestal ging het goed. Er waren weleens problemen maar over het algemeen kwam alles na verloop van enige tijd wel in orde.
Soms waren mensen weleens wat al te gretig en dan kon het verkeerd aflopen.

Een Nederlands echtpaar zit 's middags aan het strand op het terras van een restaurant een biertje te drinken. Het is begin mei en prachtig weer. Een jaar eerder hebben ze een appartement gekocht en ze zijn er heel erg blij mee. Ook zijn ze uitermate tevreden over de manier waarop alles verlopen is met de overdracht en het verkrijgen van een woonvergunning en het eigendomsbewijs etc. En ze hebben het er al een aantal keer met elkaar over gehad of het misschien verstandig zou zijn om als investering een tweede appartementje te kopen.
In het restaurant raken ze in gesprek met een vriendelijke man. Een Turk die heel goed Engels spreekt. Op een gegeven moment komt het gesprek op onroerend goed en op hun idee eventueel nog iets te willen kopen.
Nou, dat was wel heel toevallig. De man bleek namelijk aannemer te zijn en hij was in de buurt met een project bezig. De woningen waren nog niet af, maar ze konden wel even een kijkje gaan nemen als ze geïnteresseerd waren. Ze wandelden naar een prachtige locatie dicht bij de zee. Eén appartement bleek nog beschikbaar. De aanvankelijke kopers hadden er net vanaf gezien. Ja, en eigenlijk wilde hij het wel zo snel mogelijk kwijt.
Het echtpaar had er wel oren naar. Ze liepen terug naar het restaurant om er nog eens rustig met z’n drieën over te praten.
De prijs was zeer gunstig. Het was echt een koopje. De man en vrouw werden steeds enthousiaster en onder het genot van een hapje en een drankje op rekening van de bouwer werd op een velletje papier in het Engels een koopcontract opgesteld. De bouwer zou er wel meer voor kunnen krijgen maar hij had snel geld nodig i.v.m. een volgend project en enkele schuldeisers. En als ze cash konden betalen ging er nog 5% van de prijs af. Een notaris was niet nodig en een geschreven contract was net zo geldig als een getypt exemplaar.
De volgende dag gaan ze gedrieën naar de bank om het afgesproken bedrag op te halen. De man en vrouw overhandigen het geld aan de bouwer en nemen afscheid.
Twee dagen later vliegt het echtpaar naar Nederland terug.
Als ze een maand later weer in Turkije aankomen, gaan ze nog dezelfde avond even bij hun appartementje kijken want ze hadden op één telefoontje na niets meer van de bouwer gehoord. Volgens het contract zou het nu klaar moeten zijn. En een dezer dagen zouden ze alle formaliteiten gaan vervullen om het op hun naam te laten zetten.
Ja hoor, zo te zien is het af. En er wonen ook al mensen in.
Hoe kan dat nou? Had de bouwer het al verhuurd?
Nee, wat bleek? De bouwer was geen bouwer.

donderdag 5 mei 2011

Minaret

Helaas heb ik nog nooit in Turkije de muezzin over de omloop van de minaret bij de moskee zien lopen om daar zijn oproep tot het gebed te laten horen. De bedoeling van het zingen van de oproep van zo grote hoogte was natuurlijk oorspronkelijk om aan zo veel mogelijk mensen te laten horen dat de tijd voor het gebed was aangebroken. Dus eigenlijk hoe hoger de minaret was des te verder het bereik van de stem van de muezzin.
Tegenwoordig wordt vrijwel overal gebruik gemaakt van een omroepinstallatie. De muezzin zingt en de speakers verspreiden zijn oproep. Op een aantal plaatsen wordt zelfs een bandje of een cd gespeeld in plaats van een live oproep. De oorspronkelijke functie van de minaret lijkt daarmee verloren te zijn gegaan.
In Turkije zijn de meeste moskeeën koepelvormig met soms een goud- of zilverkleurig dak of met een minaret met een blauw licht bovenin. Soms staan er twee minaretten naast de moskee. Gebouwd met speciale giften van de gelovigen.
Als je dicht bij de moskee woont en je slaapt met een raam of deur open vanwege de warmte loop je de kans behoorlijk vroeg wakker gemaakt te worden. Natuurlijk wen je eraan en veel mensen slapen er dan ook gewoon doorheen (trouwens niet zo best voor het religieus besef). Maar als er een stevige wind staat en de richting is een beetje ongunstig, of gunstig afhankelijk van het perspectief waaruit men de zaak bekijkt, wordt het al moeilijker niet uit de slaap gewekt te worden.
Overigens wordt dezelfde omroepinstallatie soms ook gebruikt door de plaatselijke overheid om berichten betreffende gebeurtenissen in de gemeente door te geven. Werkzaamheden aan water of elektriciteit, receptie op het gemeentehuis, gratis maaltijd tijdens de ramadan.
Die oproep van de muezzin resulteert er meestal niet in dat er veel mensen naar de moskee komen voor het gebed. In grote delen van het land beperkt het bezoeken van de moskee zich tot het bijwonen van het vrijdaggebed. Dan zijn er veel mensen die naar de moskee gaan. Op vrijdagmiddag preekt de imam en bespreekt bv. de gebeurtenissen in de wereld en hoe men daar mee om dient te gaan. Er zijn trouwens ook veel moslims die de moskee vrijwel nooit van binnen zien. Zij bidden thuis of op een andere rustige plaats.
Zij komen misschien bij speciale gebeurtenissen als een begrafenis of het begin van de ramadan naar de moskee.
De ezan, de oproep tot het gebed is overal hetzelfde. Dezelfde woorden worden gebruikt en het klinkt dus ook vrijwel overal min of meer hetzelfde. Maar toen wij vorig jaar een nieuwe muezzin kregen, was er toch een duidelijk verschil te horen. De laatste klonk wat warmer, minder schel. Hij had een minder klaaglijke oproep. Het kan ook een nieuwe geluidsinstallatie geweest zijn.
De oproep tot gebed wordt vijfmaal per dag gedaan. Voor zonsopkomst, vroeg in de middag, laat in de middag, na zonsondergang en later op de avond. De exacte tijden zijn afhankelijk van de stand van de zon, zodat de eerste oproep ’s zomers aardig vroeg kan schallen.
De muezzin is een onbetaalde functionaris van de moskee. En jaarlijks wordt er in Turkije een wedstrijd gehouden: Beste muezzin van Turkije.
Het lijkt een heus zangcontest. Er zijn voorrondes en er is een jury die de prestaties van de muezzins op kwaliteit beoordeelt.

woensdag 4 mei 2011

Veiligheid

Toen ik langs een bouwproject liep en een man op een ladder zag staan, moest ik plotseling denken aan de prachtige houten trapleer van de schilder of de glazenwasser. Een houten trapleer was een degelijk en onmisbaar hulpmiddel voor het uitoefenen van het betreffende beroep. Gemaakt van prachtig oregon of carolina pine en hij ging jaren mee.
Tegenwoordig zijn ze vaak vervangen door een aluminium trap of een hoogwerker of een rolsteiger.
Als kind had ik enorm veel respect voor glazenwassers die op de vierde verdieping van een woning op een houten ladder, hevig doorbuigend of bewegend in de wind, de ramen stonden te doen. Ze maakten tijdens het werk op hun gemak een praatje met de bewoner van het betreffende huis die zo nodig een emmertje schoon water aanreikte. Dat vond ik helden. Hoe durfde je op zo’n dun latje je leven te wagen voor een schone ruit.
En helemaal gedurfd vond ik het verzetten van de ladder naar het volgende venster zonder naar beneden te komen. Door hun gewicht te verplaatsen en tegelijkertijd de trap te draaien, zetten ze de trap een paar meter verder.
Je hoorde niet vaak over ongelukken. In tegenstelling tot in de bouw waar het aantal ongelukken groot was en nog is. Dit ondanks alle veiligheidsvoorschriften en geavanceerde gereedschappen en hulpmiddelen. Maar helaas, door grote haast of vanwege het feit dat men het lastig werken vindt met een veiligheidstuig aan of met een helm op en handschoenen aan wordt nog al eens de hand gelicht met de voorschriften.

In Wenen zag ik ooit het toppunt van onveilig werken in de bouw. In de binnenstad staat het vol met magistrale, prachtige, keizerlijke, hoge gebouwen. En bij een van die gebouwen werd aan de voorgevel gewerkt. Zo te zien werden er nieuwe kozijnen en ramen aangebracht. Toen ik omhoog keek stokte mijn hart werkelijk in mijn keel. Er was een steiger opgebouwd tot aan de vierde verdieping van alleen maar 80 cm hoge metalen schragen waarop steigerplanken lagen. Laag voor laag op elkaar geplaatst tot de gewenste hoogte was bereikt. Geen valbescherming en ook geen netten om vallend puin of materiaal tegen te houden. Niets, gewoon een open steiger. En helemaal bovenop liepen arbeiders heen en weer en deden hun werk.
Het zal wel een jaar of vijftien geleden geweest zijn maar ook toen waren er veiligheidsvoorschriften voor de bouw. Maar in Wenen scheen niemand zich daarom te bekommeren.

En daar moest ik allemaal opeens aan denken toen ik hier bij Bodrum langs een miljoenenbouwproject liep. Het betrof een grote uitbreiding van een grootwinkelbedrijf waarbij gebruik gemaakt werd van de modernste bouwtechnieken. En zo te zien hoefde er niet op een lira gekeken te worden.
Op een van wat ongeregelde balkjes in elkaar geknutselde, scheve, krakkemikkige, tegen de gevel geplaatste ladder stond een arbeider in een gevaarlijke, ongemakkelijke houding zijn werk te doen.

dinsdag 3 mei 2011

Money mule

Toen ik op Schiphol in de rij stond om in te checken kwam er een vrouw naar me toe. Ze was al een paar keer langs de rij wachtenden gelopen alsof ze iets zocht. Ze kwam op me af en vroeg of ik geen andere bagage bij me had dan de schoudertas die ik droeg. "Hoezo?" vroeg ik. "Misschien kunt u dan voor mij een koffer meenemen. Mijn man en ik hebben veel te veel bagage en dan hoeven we niet extra te betalen." Ik zou dan de koffer bij het inchecken aanbieden op mijn naam. Ik geloof dat iedere passagier 30 kg bagage vrij mee mocht nemen. Zij hadden drie grote koffers. Ze zouden een week naar Bodrum gaan.
Natuurlijk denk je dan, nee dat ga ik niet doen. Misschien zit er wel smokkelwaar of iets anders illegaals in. Ik zou beslist geen drugs willen vervoeren. Maar ik ging naar Turkije en de smokkelroute voor drugs is altijd andersom. Maar dan, drie koffers voor één week vakantie? Ach, sommige mensen nemen nog veel meer mee. Ik keek nog eens naar de mensen die een eindje achter me in de rij stonden. Ja, ze zagen er vrij gewoon uit, niets opvallends. Ik hoorde ze met andere reizigers praten over de hoogte van de extra kosten voor overgewicht van bagage. En de tickets waren toch al zo duur.
Ach, ik kan ze toch wel even helpen? En mocht er iets gebeuren bij de douane dan had ik toch een geloofwaardig verhaal? Ik wenkte de vrouw en knikte dat het goed was. Ze zette een koffer bij me neer en ze ging weer bij haar man staan.
Ik checkte in maar hield ondertussen wel de man en de vrouw in de gaten. Checkten ze wel in? Of stuurden ze mij met hun koffer op reis?
Later in het vliegtuig voelde ik me toch behoorlijk ongemakkelijk. Misschien was het toch niet zo slim geweest. Ik herkende mijn koffereigenaars niet tussen de andere passagiers maar ik was ook niet echt in de gelegenheid om iedereen aandachtig te bestuderen. Misschien hadden ze hun jas uitgedaan of zaten ze niet naast elkaar of was er een naar het toilet. Ze kwamen trouwens ook niet even bij me langs om te bedanken of een praatje te maken. Dat vond ik wel een beetje vreemd.

Tijdens de vlucht verliep alles verder normaal. Ik kende de procedure op het vliegveld van Milas heel goed. Ik wist waar de koffereigenaars hun visa zouden moeten halen. Mijn visum was trouwens nog geldig. Ik hoefde nog geen nieuw want ik zou binnenkort toch weer heen en weer moeten. Ik wist wat de gunstigste positie bij de transportband was.
Toen ik bij de transportband kwam zag ik  mijn eigenaars nergens.
Tijdens de vlucht waren er al een paar vage ideeën en plannen in me opgekomen. Waar bleven die mensen nou?
Er gebeurde iets met me.
De koffer was een van de eerste die over de band kwam. Ik pakte 'mijn' koffer en wandelde rustig naar de paspoortcontrole. Ik was meteen aan de beurt. Bijna alle andere reizigers moesten een visum kopen. Naar de douane. Zoals meestal was de post niet bezet. Ik liep naar buiten. Er werd op mij gewacht.
"Wat heb jij veel bij je deze keer."
"Ja, ik denk een leuk cadeautje."

Enkele weken later kochten we een mooi huis.

maandag 2 mei 2011

Busstation

Een van de allerleukste plekken van Bodrum vind ik het busstation. En ook die in andere plaatsen zoals İzmir, Muğla, Konya en nog veel meer, hebben eenzelfde soort aantrekkingskracht op mij. Op een busstation in Turkije is het altijd een drukte van belang. De gebeurtenissen wisselen elkaar in een hoog tempo af. En ’s zomers is het vaak echt een gekkenhuis.
Prachtig is het om, als je even de tijd hebt, gezeten in een theehuis op het plein met een kopje thee en een krantje bij de hand voor de stille momenten die er niet zijn, alle activiteiten te observeren. Dat is genieten.
Tientallen busmaatschappijen hebben hun kleine kantoortjes allemaal op een rij naast elkaar. Bussen van al die maatschappijen met in grote letters de bedrijfsnaam op de flanken rijden af en aan. Soms binnengeloodst door een van de medewerkers. Soms weer tussen de wachtende bussen en reizigers door op weg gestuurd. Af en toe claxonnerend.
Een taxi die reizigers komt ophalen of net heeft afgezet staat behoorlijk hinderlijk in de weg. De chauffeur druk gebarend maar zich toch niet echt opwindend. Overal staan enorme koffers, dozen, zakken, emmers, je kan het zo gek niet opnoemen of het gaat mee op reis.
Seizoenarbeiders die met hun hele hebben en houden van de ene naar de andere werkplek reizen. Soms tussendoor even een paar dagen naar huis.
Moeders met kinderen die bij familie op bezoek gaan. Oudjes die nauwelijks de hoge opstap van de bus kunnen maken en daarbij geholpen moeten worden. Vakantiegangers bepakt en bezakt. Fototoestel in de aanslag. Gitaarkoffer.
Zakenlui met een koffer en een laptop. Een man met een takkenbos. Twee jonge mannen met acht grote plastic emmers verf. Buitenlanders in overdreven zonnekleding. Een vrouw in een rolstoel. Backpackers van over de hele wereld.
Zenuwachtig heen en weer lopende mensen met in de ene hand bagage en in de andere hand hun vervoerbiljet zoekend naar de juiste bus.
Verkopers van nootjes of zakdoekjes die ertussendoor lopen. Een motoragent voorzichtig tussen de aanwezigen door laverend. Een schoenpoetser die met veel vertoon van theater zijn klant helpt. De theeverkopers.
Dorstige jongens die snel even iets te drinken halen in het theehuis voor onderweg. Een broodjesverkoper. Een man met een zwaarbeladen steekwagentje waar hij nauwelijks overheen kan kijken. Druk telefonerende passagiers.
Kleine personenbusjes komend uit alle richtingen die hun passagiers uitspuwen die dan vervolgens hardlopend hun aansluiting nog proberen te halen.

Straks zijn ze allemaal verdwenen en ik zie ze nooit meer terug.

zondag 1 mei 2011

Meester op mangal

Barbecueën is een hele kunst. En ik bedoel dan zo barbecueën dat vlees of vis de juiste kleur krijgt, de juiste knapperigheid heeft en alles zo gaar is als gewenst. In Turkije wordt heel veel vlees en vis op de mangal, zoals de barbecue hier genoemd wordt, bereid. De mangal wordt het hele jaar door gebruikt en zeker niet alleen op prachtige zomerdagen. Ook op een vrije dag in de winter wordt ergens buiten, in het bos, aan het strand of op een parkeerterrein de mangal te voorschijn gehaald en samen met alle thuis klaargemaakte hapjes en andere etenswaar en drinken uitgestald op de grond of op een tafel voor een plezierige picknick met familie en vrienden.
De vrouwen zorgen voor het eten. De mangal is een mannenaangelegenheid. Daar bemoeien vrouwen zich niet mee.

Op buitenwegen en industriegebieden kan je vaak houtskoolbranderijen vinden. Als je de mangal gebruikt, heb je houtskool nodig. Hoewel, in de dorpen gebruikt men vaak wat droge takken, wat sprokkelhout, om op zijn dooie akkertje een goed vuur te maken. Rustig wachten tot alles goed verbrand is, de vlammen weg zijn en het hout of de houtskool grijs en gloeiend is. Dan kan het vlees erop.
Veel Turken zijn meesters op de mangal.

Overigens wordt er ook voor andere doeleinden nog heel veel hout gebrand. In de dorpen kookt men vaak nog op houtvuur. Bakkers bevelen hun op houtvuur gebakken producten speciaal aan. Restaurants waar de gerechten op houtvuur bereid worden. Maar ook gebruiken veel mensen een openhaard als bijverwarming of voor de kille dagen of alleen maar voor de sfeer. In ieder dorp vind je wel een openhaardhout leverancier.
Dat betekent dat er jaarlijks enorme hoeveelheden brandhout verstookt worden. Turkije heeft nog wel heel veel bos maar ten gevolge van uitbreiding van steden en industriële gebieden en veranderingen in de landbouw worden jaarlijks flink wat bossen gekapt en boomgaarden gerooid.

De discussie over het gezondheidsaspect en de uitstoot van co2 is nog volop gaande. Maar het is duidelijk dat verbranding bijdraagt aan de verhoging van fijnstof in de atmosfeer. En dat is echt niet gezond. Net zo min als het inademen van rook boven de mangal. Kankerverwekkend?

Toen we ons nieuwe huis kochten, groot met een grote tuin, was onze eerste aankoop voor de inrichting een bijpassende mangal. In verhouding dus. We weten dat het niet zo goed voor het milieu en onze gezondheid is, waarschijnlijk. Maar barbecueën is wel erg lekker en gezellig.