woensdag 14 september 2011

Duizend bommen en granaten

Waardoor het kwam weet ik niet meer maar op 11 september 2001 keek ik om een uur of negen naar de tv. Misschien was er toen ochtendjournaal o.i.d. Het werd een memorabele dag.
Ik heb het tweede vliegtuig de toren van het Trade Centre zien binnenvliegen. En die beelden zal ik nooit meer vergeten en dan vooral omdat ze zo onwerkelijk aandeden.
Op dat moment was ik me er eigenlijk meteen van bewust dat deze gebeurtenis de wereld dramatisch zou doen veranderen. Dit zou Amerika niet op zich laten zitten.

Terroristische aanslagen zijn er natuurlijk altijd al geweest over de hele wereld om het beslechten van politieke, religieuze, financiële of onafhankelijkheidsproblemen kracht bij te zetten. Maar de aanslag op de Twin Towers was van een andere orde en zou het beginpunt zijn van veel fundamentele veranderingen in vrijheidsbeleving van mensen en in maatregelen die die vrijheid toch moesten blijven garanderen.

Achteraf gezien is het eigenlijk verbazingwekkend hoe gemakkelijk men akkoord ging met belangrijke beperkingen op het gebied van onze privacy. Men was zo geschrokken dat men de consequenties van al die beperkende maatregelen niet rationeel wilde beoordelen.
Van een privésfeer is eigenlijk in westerse samenlevingen niets meer over. Alles is bekend, iedereeen kan getraceerd worden, afluisteren is aan de orde van de dag, gsm-peilingen worden verricht, DNA monsters worden bewaard. En alle data zijn gekoppeld.
Een belangrijk argument van de voorstanders van de maatregelen was dan altijd dat als men niets te verbergen heeft men daar toch geen bezwaar tegen kan hebben. See-through scanners op de vliegvelden.
Maar dat is het nou juist, als mens mag je juist iets te verbergen hebben. Jezelf namelijk. Dat is van jou.
Tegen de eerste bewakingscamera's in winkel- of uitgangscentra werd aanvankelijk nog wel eens geprotesteerd. Nu hangen ze overal en niemand neemt er meer aanstoot aan.
Hier in Turkije hangen ze op de gekste plaatsen. In overheidsgebouwen, in stadscentra, op vliegvelden maar ook in de buurtwinkel op de hoek. En worden die beelden vernietigd?
Zo zijn er veel meer van dit soort maatregelen die onze samenleving nog verder ontwrichten. Zonder identiteitsbewijs mag je niet op straat komen, de kosten voor mens en maatschappij zijn enorm, een achtergelaten plastic zak legt het hele treinverkeer plat enz., enz.
De angst regeert en niet meer de ratio.

Aan het dek van de ferry stond Burçak. Ze had die ochtend in een toestand van een soort overspannenheid haar huis in M. verlaten.
Problemen met haar man over financiën. Ruzie met haar moeder die niet meer met haar wilde praten. Haar zoon die z'n bed niet uit wilde komen om naar school te gaan. En tot overmaat van ramp liet ze bij het uitruimen van de vaatwasmachine een grote stapel platte borden uit haar handen vallen.
Ze gilde, sloeg haar handen tegen haar oren. Gek werd ze ervan. Ze greep de autosleutels van de haak naast de deur en holde naar haar auto.
Ze reed zo maar wat rond en zonder dat ze het in de gaten had gehad was ze bij de aanlegsteiger van de ferry naar G. aangekomen.
Misschien wel een goed idee om een beetje uit te waaien, dacht ze. Ze parkeerde de auto. Kocht aan het loket een ticket, liep de ferry op en klom de trap op naar het open dek.
Even later vertrokken ze.
Op een gegeven moment toen ze weer wat rustiger begon te worden merkte ze dat er iets verderop twee mannen tegen de reling stonden. Duidelijk buitenlanders. Twee van die donkere types. Misschien wel Arabieren.
De mannen spraken Engels. Burçak was niet heel goed in Engels maar ze kon het wel aardig verstaan. Wat zei die ene? Een bom aan boord?
Een golf van paniek sloeg over haar heen. Ze klom op de reling en sprong.

Een toevallig passerende vissersboot kon haar tamelijk snel oppikken. Ze werd vlug naar het ziekenhuis gebracht waar ze weer vlot opknapte.
De ferry kwam veilig op de plaats van bestemming.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten