's Ochtends vroeg. Ik denk dat ik aan mijn tweede kopje koffie zat toen ik onze kat een beetje klaaglijk hoorde miauwen. Het klonk net iets anders dacht ik dan normaal maar ik besteedde er verder niet al te veel aandacht aan. Ze zou zo wel komen zoals iedere ochtend. Ik las een spannende thriller en zat net in een intrigerende passage waarin de kat niet paste.
Onze kat is een super slank en tenger beestje. Ze verandert niet. We hebben haar ooit gered door haar van een drukke weg te halen. Toen was het nog helemaal een iel ding van een week of acht oud. Nu is ze bijna twee jaar maar ondanks dat ze vaak en veel eet blijft ze slank. Normaal gesproken komt ze meteen naar me toe zodra ik buiten kom. Maar vandaag dus niet. Maar ach ze was in de buurt want ik hoorde haar toch!
Plotseling stond ze op het terras en begon tegen mijn been te wrijven. "Miauw. Goeie morgen baas. Is er nog wat te eten?" Nu moest ik mijn boek wel neerleggen.
Wat gek! Tegelijkertijd hoorde ik haar ook miauwen vanuit de tuin. En dat kon geen andere kat zijn want dat staat onze hond niet toe. Ik luisterde waar het geluid vandaan kwam.
In een mandarijnenboom zat een Vlaamse gaai die daar met heftig gemiauw onze kat zat te imiteren.
De kauw van Gijs zat plotseling in mijn hoofd. Vroeger bij ons in het dorp hadden buurjongens en vrienden een tamme kauw. Ik mocht dat niet. Mijn moeder vond dat vies en zielig voor het dier. Een kauw kan heel goed allerlei geluiden nadoen. De jongens leerden die beesten "spreken". Er schiet me nu ook te binnen dat ze, om de vogels nog beter bepaalde klanken en rollers te kunnen laten maken, hun tongriem een eindje insneden.
Om een kauw te pakken te krijgen klommen de jongens in heel hoge bomen, misschien waren het populieren, en ze keken welke eieren net uitgekomen waren. Dat nest hielden ze in de gaten en als de jonge kauwen een week of vier oud waren, tegen het uitvliegen aan, werd er een uit zijn nest geroofd.
Ik geloof dat het dier meteen gekortwiekt werd om het wegvliegen te voorkomen. Het beest werd in zijn eentje in een kooi gestopt. Het werd goed gevoerd en er werden uren in alle rust met het dier doorgebracht alleen pratend om het goed aan het geluid van de baas te laten wennen en om het te leren spreken. Eindeloze herhalingen.
De eigenaar herkende altijd meer in het gekras dan ik. De jongens waren trots op hun dier en liepen ermee op hun schouder te pronken door de buurt. De vleugel groeide weer aan maar nu had het beest geen behoefte meer om te vluchten. Het vloog af en toe een stukje rond en landde weer op de vertrouwde schouder.
Het was letterlijk: Wiens brood men eet, diens woord men spreekt.
Gijs had een kauw die te veel naar de kat geluisterd had want die kon miauwen.
Van meer vogels is bekend dat ze geluiden kunnen nabootsen. Papegaai- en parkietachtigen zijn een goed voorbeeld. Vaak spelen ze een rol in verhalen of films waarin ze dan vloeken of grappige woorden herhalen.
Een beo is er ook tamelijk goed in. Het is een spreeuwachtige, afkomstig uit Oost-Aziƫ, die lange tijd heel populair is geweest als kooivogel.
Maar ik heb ook weleens gezien hoe een gewone spreeuw een merel totaal van zijn stuk bracht door iedere keer diens territoriumroep te herhalen.
Maar een Vlaamse gaai die het geluid van een Turkse kat exact kan kopiƫren moet toch wel een heel speciaal taalgevoel ontwikkeld hebben.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten