vrijdag 28 oktober 2011

De nazaat

Iedere keer als ik op een archeologische vindplaats kom, en dat gebeurt vrij regelmatig, blijf ik me verbazen over het feit dat mensen destijds in staat waren tot het bouwen van die gigantische tempels en andere bouwwerken. Ik weet dat het kon en er is ook heel veel bekend over hoe het kon. Maar toch blijft het me bezighouden.
Er werd gebruik gemaakt van een enorme hoeveelheid mankracht en er bestonden allerlei hulpmiddelen en bouwtoestellen. Maar het blijft voor mij "onmogelijk". Het blijft wonderbaarlijk te zien hoe tientallen tonnenzware steenblokken op tientallen metershoge muren of pilaren geplaatst waren.
Uit onderzoek en reconstructies is wel duidelijk geworden dat de oude Grieken al in de 6e eeuw v. Chr. over de eerste hijskranen beschikten die d.m.v. een katrolsysteem en een lier in staat waren zware lasten op te hijsen.
De klassieke tempels werden opgebouwd uit steenblokken die wel 15 ton zwaar waren. In sommige gevallen werden voor nog zwaardere lasten ook nog sleephellingen gebruikt waarbij heel veel arbeiders nodig waren. Maar de hijswerktuigen werden dusdanig verbeterd dat nog zwaardere steenblokken in de constructies verwerkt konden worden. Later bij de Romeinen werden zelfs steenblokken van meer dan 100 ton voor de bouw van de tempels gebruikt.
Nog later ontwikkelde zich hieruit de hijslier en de treklier maar het principe van het af- en oprollen van een kabel om een trommel bleef intact.
Hetzelfde systeem werd gebruikt om op scheepshellingen boten uit het water te trekken. Scheepshellingen bestonden in de oudheid natuurlijk ook al. Maar het op het strand of op de oever trekken van een boot is natuurlijk nog veel ouder en het zou heel goed kunnen dat hiervoor al vroeg in de menselijke geschiedenis de eerste hulpsystemen ontwikkeld werden.

Ik maakte een wandeling langs de zee in een kleine baai ergens in de buurt van Bodrum. Op een gegeven moment ging ik even op een uitstekende rotspunt zitten om over de zee uit te kijken. Er voer een enorme tanker voorbij en in de verte zag ik een aantal vissersboten.
Er kwam een auto het strand op rijden. Een oude pick-up met in de achterbak een partijtje ongeregeld balkhout en een paar zware ijzeren staven of buizen.
De auto stopte en een al wat oudere man stapte uit. Hij stak op z'n dooie gemak een sigaretje op en keek eens oplettend in het rond alsof hij een speciale plaats zocht. Hij opende de achterklep van de laadbak en haalde een zaag, een hamer, een beitel en zo te zien een zak grote draadnagels van verschillend formaat tevoorschijn. Hij legde alles netjes naast elkaar op de achterklep van de wagen.
Ik had geen idee wat hij daar nou mee van plan was maar ik vermoedde dat het niet veel bijzonders zou kunnen zijn en ik hervatte mijn wandeling.
Toen ik een uurtje later terugkwam waren de man en zijn auto verdwenen. Maar op de plaats achtergelaten stond een vernuftig geconstrueerde, koud op elkaar gespijkerde stellage met een rechtopstaande lier. Gebruikt om een klein bootje dat op het strand lag uit het water te trekken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten